Anna Woltz – De spin en de sleutel
Verliefd? Ik niet.
Een om-en-om-verhaal hebben we hier: de twee personen waar het om draait, komen om de beurt aan het woord. Op aparte bladzijden. En dat komt niet alleen omdat ze elkaar liever niet zien. Sterker nog: er is in het hele universum geen persoon die ze zo weinig hoeven te zien dan deze, en dat vinden ze allebei.
Maar een oud gezegde zegt het al: ‘Was sich liebt, neckt sich.’ Dat is Duits, sorry maar daar komt het spreekwoordje vandaan. Het betekent ruwweg: ‘Waar je van houdt, nekt je.’ Dus ondanks de afkeer die de twee pubers van elkaar hebben, bloeit er toch iets op. Alleen gaat dat niet bepaald van een leien dakje.
Even voorstellen: Elena. Zij gaat logeren bij haar tante, maar voor ze bij haar tante aankomt, gooit ze haar telefoon weg en knipt haar haar superkort.
Ze komt Atlas tegen, een grote kerel die de ramen van zijn slaapkamer heeft dichtgetimmerd en elke nacht spoorloos verdwijnt. Elena wil hem helpen, maar is een beetje bang voor de afloop sinds de vorige keer totaal mislukte.
Goed, die twee ontmoeten elkaar dus en zoals verwacht vinden ze elkaar volkomen weird. Zo komt die eerste ontmoeting over bij Atlas:
“Er wordt op mijn deur geklopt en er gaat een schok door mijn lijf.
‘Atlas!’ roept Elena. ‘Ben je daar?’
Op de klok onder in mijn scherm zie ik dat het drie uur laten is dan ik dacht. Ik heb de grendel nog steeds niet op mijn deur geschroefd, ik heb niet geluncht, ik moet plassen en mijn nek doet pijn. Maar ik weet nu wél alles over zonnestormen.
Mijn kamerdeur zwaait open en ik klap vlug mijn laptop dicht. Elena heeft nog steeds haar wijde spijkerbroek aan, maar de grijze trui is weg. Ze draagt een kort, wit hemdje dat hangend over een stoel volstrekt oninteressant zou zijn.
Maar zo dicht in de buurt van Elena ziet het hemdje er niet saai uit.”
Elena op haar beurt probeert te snappen hoe Atlas in elkaar steekt:
“Dit is echt bizar. Ik loop door een huis dat niet van mij is en bij elke ruimte krijg ik te horen hoe je hem moet schoonmaken. Als Atlas een kast opentrekt, zegt hij niet: ‘Kijk, hier verstopte ik me vroeger altijd.’ Nee, hij zegt: ‘Hier staan de emmers en de allesreiniger.’
Na een uur duizelt het me. Ik weet alles, behalve de dingen die er echt toe doen.’”
Anna Woltz zet twee markante figuren in de verf, die vooral niet willen weten hoe hun gevoel voor de ander is. Daarnaast hebben ze allebei hun afwijkingen en zijn ze ongeveer even eigenwijs. Dat geeft lekker pittige gesprekjes, bijna-ruzies en heel veel hersenactiviteit als ze beiden aan het tobben zijn over wat ze nu weer ongewild tegen elkaar eruit geflapt hebben. Wat zal de ander denken?
Goeie vraag. Ik zeg: lees het boek en je weet alles. Lees ook het boek en zie hoe messcherp het is geschreven, hoe in de details de humor huist, en hoe de twee … nou ja … lees dat zelf maar gewoon. Heel gewoon.
—
ISBN: 9789045129662
Sterren: ***
Uitgeverij: Querido
Ook verschenen op Bazarow
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!