Sebastian Barry – De verre voortijd

Inktzwarte herinneringen

Ex-politiemanTom Kettle is met pensioen. Tenminste, dat denkt hij, totdat twee oude collega’s langskomen en zijn rustige leventje opschudden. Niet alleen wordt hij ‘cold turkey’ ondergedompeld in herinneringen aan een oude zaak, maar ook alle ups en downs van een lang en bewogen leven gaan dankzij die collega’s aan zijn geestesoog voorbij.

Klinkt dat een beetje ‘opa vertelt’? Fout. Sebastian Barry laat een hele wereld tot leven komen met heerlijke taal. Taal die wel een erg onplezierige wereld beschrijft, namelijk die van Tom Kettle in zijn jeugd. De arme oude politieman torst een stuk onverwerkt verleden met zich mee, gezien de verwijzingen naar wreedheid van ‘nonnen en priesters’ tegen kindertjes. Hier wordt een mensenleven ontleed: een man die zowel geestelijk als lichamelijk ingedommeld leek, komt weer tot leven en wij lezers mogen meegenieten.

Ik zou het doen. Tenzij je terugschrikt voor regelmatig anderhalf of twee pagina’s lange monologen wanneer Tom in retrospectief weer een stukje van zijn leven, of een levendige herinnering aan zijn vrouw June naar boven haalt. Of gruwelijk helder beschrijft hoe de paters hun kleverige vingers niet thuis kunnen houden. Dat is even doorbijten maar de wonderlijke woordwendingen en associaties en beeldrijke omschrijvingen trekken je moeiteloos door de tekst heen.

Een voorbeeld van die beeldrijke omschrijvingen? Oké. Hier komt Toms dochter Winnie onaangekondigd langs:

“En daar was Winnie, met haar legging – een goede keuze, aangezien ze net zulke benen als June had – in somber grijs, heel elegant, en haar donkergrijze wollen jurk, en haar prachtige mosterdgele jas, die hem aan het lachen had gemaakt toen hij die voor het eerst zag, omdat de rug door een ontwerper was beschilderd, met echte verf het gezicht van Marilyn Monroe. Hij kon Marilyn nog niet zien, alleen het lieve vertrouwde gezicht van zijn dochter. O, wat had hij graag de tijd gehad om het appartement schoon te maken. O, ze zou ‘om zich heen kijken’.”

Goed, Tom gaat op weg om die koude zaak op te lossen, maar naarmate hij actiever wordt, komen de herinneringen ook steeds actiever – en lastiger, meer lucide – binnen.

Zo geeft Barry de oude diender een zware rugzak mee, die af en toe openbarst en Tom verrast met de dingen die hij dacht – hoopte – bad – nooit meer te hoeven denken.

Zo kwelt het hem nog steeds dat hij zijn zoon Joseph ooit heeft geslagen. Die beelden laten hem niet los:

“Op vakantie in Bundoran, in de pijpenstelen, de doordringende regenkogels van Donegal, toen iedereen voor de zoveelste keer het zwembad was ontvlucht, hadden ze Joseph allen gelaten met een ander kind, een meisje, beiden nog geen zeven jaar. En tien minuten later komt de moeder van het kleine meisje hun chalet in lopen en schreeuwt ze moord en brand, niet helemaal ten onrechte, want Joseph had haar kleine meid het zwembad in geduwd, hoewel ze voor geen meter kon zwemmen, en als de moeder, met betere instincten dan waarvan hij zelf blijk had gegeven, niet haast onmiddellijk haar kind had gemist en was teruggelopen en deze puur duivelse daad had aanschouwd – dat schreeuwde ze, ‘jullie duivelskind’- , had Joseph op zijn zevende een moordenaar kunnen zijn. Wat een zware last zou zijn geweest, om nog te zwijgen van het verdriet en verlies als er een klein meisje verdronk. En hij had Joseph zwijgend naar een van de nare slaapkamers gebracht – lakens met zo veel nylon dat ze wel een onweer boven Zwitserland leken -, zwijgend, vol verstikkende woede, en hem een klap op zijn billen gegeven, met de wens, de wanhopige wens, dat Joseph het nooit zou vergeten, en nooit meer kleine kinderen zou verdrinken. De enige keer dat hij de jongen ooit sloeg, een klap die hem een kwart van de waarde van zijn eigen ziel kostte. Aangezien er één ding was dat hij zichzelf en June had beloofd: dat ze nooit een kind zouden slaan zoals zij waren geslagen, zoals zij was geslagen, zoals hij was geslagen, zij allebei, in hun afzonderlijke plaatsen van vreselijke ballingschap, door nonnen en priesters en broeders die hen levend knuppelden, of was het dood, omdat ze duivelsgebroed zouden zijn. Het was beter dood te zijn geboren, riep de broeder vroeger altijd, dan een vuil hoerenjong te zijn. Dat zei hij letterlijk. Maar die keer had Tom Joseph geslagen.”

ISBN: 9789021468525

Sterren: ***

Uitgeverij: Querido

Ook verschenen op Bazarow 

Miguel Bonnefoy – De uitvinder

Niks nieuws onder de zon

Toeval bestaat niet. In het voorjaar van 2023 zag ik een reportage over een nieuw initiatief om tegemoet te komen aan de in deze tijden alsmaar stijgende stroomvraag: een zonnecollector. Geen gewone uiteraard, maar een ultrasupermegagrote centrale die aangedreven wordt door een veld zonnespiegels, die allemaal gericht zijn op de turbine in de centrale. Een even eenvoudig als briljant idee.

Het monsterapparaat staat in een zonzeker gebied in Marokko en kan een miljoen ziljoen (min of meer) megaWatt per dag leveren. Het principe is simpel: men verwarmt door zonnekracht het water tot stoom, dat weer stroom opwekt. Ik stond paf en greep naar het boek dat ik in datzelfde voorjaar aan het lezen was. Dit boek.

Want daarin beschrijft Miguel Bonnefoy precies dezelfde techniek. Bedacht en uitgevoerd door de Fransman Augustin Mouchot in 1861. Hij geloofde dat de wereldvoorraad steenkool ooit uitgeput zou raken, en ontwikkelde een machine die op zonnekracht pompen en drukpersen aan kon drijven. Op het toppunt van zijn roem en met keizerlijke bijlage vertrok hij naar Algerije om daar de woestijn te laten bloeien.

Voor dat zover was, bewandelde Mouchot een lange en ongemakkelijke weg voordat zijn ‘zonnemachine’ op een werkend exemplaar begon te lijken. Het grootste probleem was dat zijn uitgepuzzelde theorie te maken had met een tegenstribbelende praktijk, lees: de weersomstandigheden. Illuster is daarin zijn eerste grote optreden met publiek:

“Zonder nog tijd te verliezen begon men aan de demonstratie. De stoelen waren rond het apparaat opgesteld in de vorm van een hoefijzer, waarboven twee majestueuze eiken links en rechts hun takken openden om een vloed van licht door te laten.

De zon scheen nog steeds, maar aan het begin van de middag trok er een lichte sluier voor. Het was niet meer dan een soort nevel, een fijne mist van stofjes vocht. Vervolgens leek de koepel van wolken binnen een paar minuten dikker en donkerder te worden en opeens begon er uit een niet nader aan te duiden opening van de hemel een fijne regen op de stoelen te vallen.

De keizer, die onmiddellijk tegen de regen werd beschermd, stond op en zocht zijn toevlucht in het paleis, zonder ook maar naar Mouchot te kijken, zonder hem ook maar te groeten. De andere bezoekers waren blijven zitten, schoven aarzelend hun stoelen wat heen en weer en hielden hun ogen op de hemel gericht, niet wetend wat te doen.

De bui leek eerst van voorbijgaande aard te zijn. Maar al snel begon het harder en heviger te regenen, de wolken kropen op elkaar en de blauwe verte was helemaal verdwenen.”

Nodeloos te zeggen dat de op zich briljant uitgeknobbelde theorie niet opgewasaen was tegen een weerbarstige praktijk. Natuurlijk gaf de visionair niet op. Hij deed talloze experimenten, voerde verbeteringen door, leerde van mislukkingen en verbeet teleurstellingen, totdat eindelijk zijn machine leek te gaan werken. Voor het schokkende eindresultaat raad ik aan het boek te gaan lezen. En u te verbazen over hoe weinig de hedendaagse techniek per saldo verschilt van die van Mouchot.

ISBN: 9789403115627

Sterren: ***

Uitgeverij: De Bezige Bij 

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow. Ook gepubliceerd op Nico’s recensies

Joukje Akveld & Djenné Fila – Een kleine geschiedenis van de mens door dierenogen

Een beest van een boek

In de gemiddelde boekenkast past het niet, dit uit zijn krachten gegroeide prentenboek. Maar mooi is het wel. En encyclopedisch grondig. Het is wat de titel belooft: de dieren komen aan het woord en vertellen hoe zij het vreemde dier ‘de mens’ zien.

Een grappig uitgangspunt, vormgegeven door een gouden combi van een goeie tekstschrijver en een bekwame tekenaar. De teksten van Joukje Akveld zijn uitgebreid – veel langer dan een gemiddeld prentenboek. Maar daardoor ook informatiever. Je moet er wat moeite voor doen maar krijgt veel – voor mij althans – onbekende informatie mee. Ik wil het woord ‘leerzaam’ wegens gevaar voor koudwatervrees niet gebruiken, maar het boek is absoluut een bron van kennis.

Dan de tekeningen. Die zijn levensecht. Meer hoeft daar niet aan toegevoegd te worden – dieren op papier tot leven laten komen is een kunst op zich. Het is duidelijk dat Djenné Fila zijn talent niet onder de korenmaat heeft laten staan. Het is een feest om al die fijne illustraties te beleven; niet voor niets is het boek bekroond met de Zilveren Penseel 2023.

Hoe steekt het in elkaar? Geef wat voorbeelden, schiet op! Oké, oké.

De indeling is: een dier praat tegen een ander dier over een kwestie. Ze debatteren heen en weer over die kwestie, intussen glashelder makend hoe de vorken in de stelen zitten. Een bladzijde later krijgen we het grote plaatje te zien van de kwestie in kwestie, en hoe het zo gekomen is. Een haast haarkloverig grondige benadering.

‘Rat & luis’, heet een hoofdstuk. Het is een dialoog tussen die twee dieren.

De rat zegt: ‘Ik wil wat rechtzetten, een levensgroot misverstand.’

De luis gnuift: ‘Jullie zijn er mooi ingeluisd.’

Het gaat over de pest, een ziekte die vanaf 1347 half Europa uitmoordde. Dat kwam door de rat, die de pest aan land bracht via schepen. Volgens de algemene mening. Maar in werkelijkheid werden het dodelijke virus door de luizen, die in de vacht van ratten leefden, overgebracht.

Strakke tekst, schitterende tekening ernaast.

De volgende pagina geeft de verdieping van dit verhaal, met een helicopterview:

Het dier als zondebok, waarin uitgelegd wordt hoe een dier, maar ook een groep mensen als de oorzaak van een ramp werd aangewezen. En werd verketterd.

Nog eentje dan.

‘Orka Keiko’, over de orka die in de film ‘Free Willy’ de hoofdrol speelt.

Eerste pagina: de orka (die dus eigenlijk Keiko heet) vertelt: “In 1977 werd de orka Keiko geboren in de oceaan bij IJsland niet ver van het dorp Reydarfjördur.

‘Dat klopt niet helemaal .. voor de meesten ben ik sowieso Willy. Zo gaat dat met roem, mensen verwarren je al gauw met je personage.’

Twee jaar later werd hij gevangen en verkocht aan een waterpark in Canada.

‘Die dag was zwarter dan mijn rugvin. Mijn moeder, die elke minuut van mijn leven naast me had gezwommen, bleef achter bij de rest van mijn familie. Kan een orkahart breken? Het mijne versplinterde toen ik uit de oceaan werd gevist. Ik belandde in een bassin waar ik kunstjes leerde…”

De volgende pagina zorgt weer voor de verdieping door de indringende vraag: ‘Mogen we dieren voor ons laten werken?’ Vervolgens worden de voors en tegens van dit dilemma uitgebreid belicht. Een indrukwekkende prestatie.

Het is allemaal, en nog veel meer, te vinden in dit rijkgevulde megaboek. Perfect geschikt om samen met kinderen door te bladeren. En vooral te stoppen wanneer de nieuwsgierigheid de kop opsteekt, te gaan kijken en lezen. Om een pagina verder de diepergaande feiten erbij te zoeken. En spelenderwijs de horizonnen van kinderen en uzelf te verbreden. Een fijne investering voor de groeiende herseninhouden.

ISBN: 9789401486880

Sterren: ****

Uitgeverij: Lannoo

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Edith Wharton – Het rif

Suspense en liefdesperikelen

Begin te lezen in dit ‘Het rif’, en je stapt regelrecht in een tijdmachine. Dat klopt want het kwam in 1912 uit. En – leuk feitje – stond meteen garant voor een schandaal. De recensenten uit die tijd vonden het verhaal schokkend en onfatsoenlijk.   

Edith Wharton zag dat anders: zij had in dit verhaal al haar volwassen wordende gevoelens en ontluikende seksualiteit gestopt. En ook al was dat zwaar verbloemd, toch kun je die verwarring en passie nog altijd uit het boek opmaken.

Voor de liefhebbers van eloquent meanderende zinnen die met onverwachte wendingen links, dan wel rechtsaf slaan, en protagonisten die achteloos een lustig versierd gebakje van een tafeltje in de conditorei meepikken, de slagroom met het puntje van de tong voorzichtig oplikkend terwijl ze een steegje doorwandelen, schuin kijkend naar de hoogstaande vakwerkarchitectuur van deze eeuwenoude stad, eindigend aan een tafeltje op een zonovergoten maar convenient door een rieten dakje afgeschermd terras.

Goed, denk deze stijl en u komt aardig in de buurt van de cadans van dit verhaal. Is dat saai, traag, gaapverwekkend? Neen. Wharton was veel te getalenteerd om een slecht boek te maken. Ze zet een prachtverhaal neer, vol sluierend/hunkerend verlangen en ontbottende liefde.

Dat ze dat in omfloerste taal deed, lag waarschijnlijk aan de wat preutse mores van de tijdgeest. Maar als we lezen over het samenzijn van hoofdpersoon Sophy Viner en de knappe diplomaat George Darrow, spat daar wel degelijk passie vanaf. Hier draaien ze virtueel om elkaar heen, plagerig met woorden gooiend:

Darrow is aan het woord:

“Als u me aardig genoeg vindt om een paar dagen vakantie mee te vieren, louter om het plezier, en het plezier dat u mij ermee doet, laten we elkaar dan de hand schudden. Als u me niet aardig genoeg vindt, dan schudden we elkaar ook de hand. Alleen zou ik dat jammer vinden,’ zei hij tot slot.

‘O, ik zou het ook jammer vinden!’ Toen ze haar gezicht naar hem ophief, oogde het zo klein en jong dat Darrows geweten vluchtig opspeelde, maar de opwinding van de jacht overstemde dat gevoel onmiddellijk.

‘Wel?’ Hij keek vol overreding op haar neer…. U hoeft heus niet bang te zijn dat u me beledigt!’

Ze bungelde voor hem als een blad op een kruispunt van twee windstromingen, dat met het eerstvolgende zuchtje voorwaarts waaide of achterwaarts wervelde. Toen wierp ze het hoofd in de nek op de eigenaardige, jongensachtige manier die haar op momenten van opwinding eigen was. ‘Hoe ik erover denk? Wilt u weten hoe ik erover denk? Nou, dat u me de enige kans biedt die ik ooit heb gehad!’”

Dit boek is een uitgelezen excuus om een hele lange treinreis te boeken en verrukkelijk ongestoord in je privé coupé met de cadans van de rijdende trein in je oren, weg te zakken in een romantische affaire met, zoals het hoort, tragische kantjes.

ISBN: 9789083095936

Sterren: ***

Uitgeverij: van Maaskant Haun

Ook verschenen op Bazarow 

Elvin Post – Catch

Geen onschuldige relatie-app

‘You better run for your life if you can, little girl

Hide your head in de sand, little girl

Catch you with another man

That’s the eind, little girl’

Met deze tekst van het liedje ‘Run for your life’ van the Beatles maakt deze thriller een onmiskenbaar statement: dit gaat niet goed aflopen. Tenzij je rent voor je leven.

Van die waarschuwing is Roos nog zalig onwetend als de lezer met haar kennismaakt. Roos is samen met haar vriendin Julia een dagje in het waterpark. Daar gaat ze meer dan tien keer gillend van de glijbaan af, tot het tijd wordt om roodverbrand naar huis te gaan. Julia geeft een boks: “… Wat ga je vanavond doen? Beetje netflixen? … Of ga je weer urenlang chatten met je mystery guy?”

Julia lacht. ‘Hij heet Noah, Juul. En zo geheimzinnig is het allemaal niet.’

Als lezer voelen we nu al aan ons water dat het allemaal juist wél geheimzinnig is, en eng, en niet oké. Wie is die Noah, en waarom heeft Julia een crush op hem?

De antwoorden op die vragen geeft Elvin Post pas na dik 235 bladzijden. Dus lezer: neem een paar dagen vakantie en leg je handdoek op de ligstoel bij het zwembad. Dan kun je daar je tijd ongestoord besteden aan het uitlezen van deze dikkerd. Het is de moeite waard, kan ik je alvast vertellen.

Elvin Post is een bekend thrillerschrijver, niet alleen met zijn ‘volwassen’ boeken, maar ook met dit tweede jeugdthriller. Je merkt dat hij zich goed ingelezen heeft in de online chat-wereld. De geheimen en bedreigingen die deze niet bij iedereen bekende wereld met zich meebrengt, brengt hij keurig aan het licht.

Een hartkloppingsbevorderend verhaal dus, dat vrij langzaam op gang komt. En jammer genoeg niet veel sneller wordt afgewikkeld. Voordat de climax bereikt is, komt de lezer wel heel vaak in dialogen terecht.

Bijvoorbeeld als Roos voor het eerst bij Noah thuis is:

“Wanneer Noah de voordeur opent zie ik voor het raam in de woonkamer een kat, die luid zit te miauwen.

‘Ja, ja, Tommie…’ zegt Noah. En dan, tegen mij: ‘Hij zal het wel warm hebben. Om de een of andere reden gaat hij nooit naar buiten.’

Binnen is het inderdaad warm, maar ook sfeervol. De woonkamer is licht en staat vol met weelderige planten. Noah loopt naar Tommie toe, krabt hem achter zijn oor en zet het grote raam dat grenst aan de voortuin open. ‘Zo, kun je lekker op je favoriete plekje in de zon liggen zonder dat je smelt …‘

Ik kijk hoe Tommie zich uitrekt en in het raamkozijn gaat liggen en laat me dan door Noah meevoeren langs een rijtje foto’s dat boven de open haard hangt….”

Veel tekst ja, maar als je je daar geduldig doorheen leest, is de ontknoping aan de beurt. En die is, nou ja, een ontknoping. Het zou zonde zijn als ik daar meer dan dat over zou zeggen. Lees dit boek. En laat je meevoeren in het spannende verhaal.

ISBN: 9789026166266

Sterren: ***

Uitgeverij: Fontein Jeugd

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Umberto Eco en Milo Manara – De naam van de roos

Klassieker puik verstript

Van het duo hierboven is Umberto Eco waarschijnlijk de meest bekende. Deze feitenvreter met zijn ongelooflijke boekenkennis en dito bibliotheek schreef meerdere diepdooraderde boeken over uiteenlopende onderwerpen, waaronder de bestseller ‘De naam van de roos’.

Zoals gewoonlijk maakte Eco van dat boek een tamelijk gecompliceerd, meerlaags, labyrintisch verhaal (in wezen was het een detective), dat door die complexiteit niet voor iedereen goed toegankelijk was. Dit project brengt daar verandering in. De Italiaanse tekenaar Milo Manara maakte een verstripping van Eco’s verhaal, zodat we het nu kunnen lezen als een graphic novel.

Wie Manara kent, weet dat de man groot is geworden door twee dingen. Zijn fabelachtige tekenkunst, waarmee hij in minieme lijntjes de prachtigste realistische neerzet. Een vakman. Daarnaast is er zijn voorliefde voor schaars geklede dames, die hij op dezelfde meticuleus geschetste wijze over de pagina’s laat wandelen.

Voor deze illustratieklus heeft de tekenaar zich wat betreft de naakte vrouwelijke kant wat restricties opgelegd. Dat was nodig, want in een verhaal dat zich afspeelt in de donkere middeleeuwen waar monniken in donkerbruine pijen door zompige landschappen wandelen, zouden naakte vrouwen een ernstige verstoring van de sfeer teweeg brengen. Manara realiseerde zich dat blijkbaar ook, want conform het verhaal van Eco zien we in de uitgestrekte, sombere landschappen monnik William van Baskerville onderweg zijn naar een benedictijner abdij om over een theologisch dispuut te praten.

Dat landschap bevat kale bergen, regenachtige valleien en stoer boven de bomen uittorende kastelen, en is daarom illustratiegewijs zelfs wat saai. Maar als William van Baskerville in de abdij is gearriveerd, is er meteen actie. Een murder mysterie zelfs: een jonge monnik is dood – en er zijn compromitterende omstandigheden. Een kolfje naar de hand van Baskerville, die zich als een detective avant la lettre op de zaak werpt. Samen met de met hem meegereisde, jonge novice Adson.

Zo combineert Eco briljant maar ingewikkeld een geschiedkundige gebeurtenis met een spannend verhaal, wat zijn boek (uit 1980) tot een enorm succes maakt. In deze adaptatie vullen de tekeningen van Manara het verhaal mooi aan.

Niet alleen dat – de tekeningen maken het verhaal beter. In stemmig zwart/wit lopen de monniken nederiger dan ooit door de lange, koude kloostergangen. De mannen krijgen mooie, karakteristieke koppen en vastberaden bewegingen. Manara blijft voor zijn doen braaf binnen de lijntjes van het betamelijke, tot het eind van het verhaal in zicht komt.

Dan veroorlooft de tekenaar zich bij de kennismaking van novice Adson met een mysterieus meisje, een aantal niet bij de sfeer passende illustraties van dames, die zijn eerdergenoemde preoccupatie laat zien. Gelukkig is het solide verhaal van Eco ruimschoots bestand tegen die aanslag. En kunnen wij lezers genieten van deze interessante combi van taal en tekenen.

ISBN: 9789044653489

Sterren: ****

Uitgeverij: Prometheus

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Lysette van Geel – Mijn moeder is een dekbed

Als het geld op is

Mama krijgt enveloppen. Die maakt ze niet meer open, maar legt ze stilletjes in het keukenkastje. O ja, en ze ligt de hele dag in bed. En ze geeft geen antwoord meer, wat je ook vraagt. Mama is een dekbed geworden.

Adam hoopt wel dat mama weer beter wordt. Alleen gebeurt dat niet – ze blijft in haar kamer. Dekbed over haar heen, haar hoofd bijna niet te zien, alleen haar haar op het kussen, alsof ze niet meer bestaat.

Nu moet hij eten kopen, zorgen voor zijn zusje Nina, en zelf ook nog op tijd naar school gaan. En doen alsof er niets aan de hand is. Dat is moeilijker dan het lijkt. Niet omdat hij dat niet kan, maar omdat er in de portemonnee van mama nog maar een paar briefjes papiergeld zitten. Die snel opraken als je een rondje supermarkt maakt.

Dat is nog niet alles. Op school komt de eindmusical eraan, waarin hij ook nog eens de hoofdrol krijgt. Maar de vijftig euro die dat kost, heeft hij niet. Shit. En thuis is de koelkast leeg, net als de voorraadkast. Wat nu?

Het goede aan dit boek is dat Lysette van Geel het schreef. Een pakkend verhaal. We zien alles door de ogen van Adam gebeuren – uitstekende schrijfkunst. We voelen de wanhoop, de schaamte, de eenzaamheid en de honger. En toch is het verhaal niet somber. Er worden grapjes gemaakt, de gewone dingen in het leven gaan door, en sommige mensen blijken opeens te helpen als het geld te snel verdampt.

“Juf Dana tuit haar lippen. ‘Weet je wat? Je krijgt wat extra tijd voor de toets. Dan kun je het in je eigen tempo maken… Ze pakt mijn antwoordenblad met de tekening en legt een nieuw, leeg blaadje op mijn tafel. ‘En wat fijn dat het is gelukt met het geld voor het kamp,’ fluistert de juf. ‘Het is overgemaakt naar de rekening van school. Nu kan ook voor jou de voorpret beginnen.’”

Een vreselijk verhaal is het, dat helaas rechtstreeks naar de huidige werkelijkheid vertaald kan worden. Lysette van Geel maakte het om aandacht te vragen voor kinderen in armoede. Dat is een groter wordend probleem in deze tijd waarin mensen niet altijd meer rond kunnen komen van hun salaris of uitkering. Stichting Nationaal Fonds Kinderhulp helpt die kinderen met dingen die andere instanties niet mogelijk kunnen maken.

ISBN: 9789021468624

Sterren: ****

Uitgeverij: Volt

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Annie Ernaux – De jaren

‘Je moest voorkomen dat je dom doodging’

Fragmentarisch, zo kunnen we de herinneringen van Annie Ernaux wel karakteriseren. Misschien hadden we al een schijn van een vermoeden kunnen hebben met een titel als ‘De jaren’, maar toch is het qua lezen even aanpassen.

Dus een verhaal als een van A tot Z-boek is dit niet bepaald. Het lijkt alsof Ernaux haar door alle levensjaren heen meegemaakte ervaringen in een (stapel) schriftjes heeft genoteerd, en die toen ze voldoende inhoud hadden, naadloos in een boek heeft overgezet.

Maar juist daardoor, voordat u luidkeels begint te stuiteren beste literatuurliefhebber, is haar autobiografie een pracht van een tijdsmonument geworden. Haar ‘jaren’ beginnen inderdaad fragmentarisch, maar gaan daarna over in een reeks coherente notities die dit boek vormgeven.

Wat is die vorm dan? Goeie vraag. Ernaux laat vanaf de zijlijn de wereldgeschiedenis met haar eigen leven parallel lopen en dat levert heerlijk maar ook zowel naïef als keihard veroordelend, als verwonderend proza op. Met een majeure Franse inslag, dat wel.

Dat is een belangrijk punt want hoewel we de wereldgeschiedenis van 1941 tot 2006 voorbij zien komen, is die met een Franse pen genoteerd. Dat geeft de aantekeningen een bepaalde kleur die niet parallel loopt met de hoogtepunten uit de Nederlandse geschiedenis. Veel zaken worden benoemd die de gemiddelde Fransman aangaan, zoals de oorlog in Algerije en de toestand op Martinique. Ook het nieuws uit media als Charlie Hebdo, Fluide Glacial, en het tijdschrift ‘Cinquante millions de consommateurs’ zal niet iedere Hollander nog voor ogen staan. Toch, als u het wereldnieuws met enige regelmaat heeft gevolgd, is haar betoog duidelijk genoeg.

De essentie van haar betoog is fluïde maar we kunnen er wel een constante uithalen, namelijk het klassenverschil. Ernaux komt zelf uit het arbeidersmilieu, en is vastbesloten in het leven op te klimmen. Messcherp registreert ze de verschillen met de hogere milieus:

“Werklust, inzet, doorzettingsvermogen, dat waren de maatstaven voor de beoordeling van gedrag. Op de dag van de prijsuitreikingen kregen we boeken waarin het heldendom van luchtvaartpioniers, generaals en kolonisten werd verheerlijkt… Alledaagse moed werd niet vergeten, we dienden bewondering te hebben voor de huisvader, ’die avonturier van de moderne wereld’ (Charles Péguy), voor het ‘nederige leven met zijn saaie,  eenvoudige werk (Paul Verlaine) ..”

Tenslotte is de subtiele humor die Ernaux in bijna elke alinea laat doorsijpelen, een verademing. Ze neemt maar weinig serieus, zichzelf al helemaal niet. Droogjes registreert ze het leven van alledag, de druktemakerij van artiesten, het wegkijken van politici, de leugens van opeenvolgende regeringen, het zou ook in 2023 plaatgegrepen kunnen hebben. Ondanks die deprimerende kennis houdt Ernaux een heldere blik en signaleert messcherp de wereld om haar heen.

Later, in ‘de moderne tijd’, komt er toch nog zoiets als een herkansing met een glorieus motto:

“De revolutie werd aangepast aan individuele noden en behoeften, afhankelijk van leeftijd, beroep, sociale klasse, belangen en oude schuldgevoelens, maar niemand onttrok zich aan het appél om te feesten en te genieten, om kennis op te doen – je moest voorkomen dat je dom doodging.”

ISBN: 9789029540650

Sterren: ****

Uitgeverij: Arbeiderspers

Ook verschenen op Bazarow 

Marc ter Horst – Rugzwemmen

Het klimaatprobleem, maar dan vrolijk

Dit verhaal verspilt geen tijd – in hoofdstuk 1 staan de klimaatontkenners en -drammers gelijk al virtueel tegenover elkaar. We zijn op school en Tim is de autist van de klas. Hij zit in de pauzes altijd alleen met zijn grote rode headset op en zijn vingers op zijn telefoon. En die Tim roept keihard ‘Onzin!’ door de klas tegen meneer Kreek:

“‘Onzin?’ Meneer Kreek probeerde zich een stoere houding te geven, maar je hoorde de trilling in zijn stem

‘De ijsbeer staat echt niet op uitsterven. Schattingen zijn lastig, maar lopen in de tienduizenden. De ijsbeer krijgt het moeilijker, maar kan op korte termijn onmogelijk uitsterven.’ Als Tim praatte, had je soms het gevoel dat je naar een nieuwslezer luisterde.

‘En dat weet je hoe?’ Van schrik draaide Kreek de woordvolgorde om.

‘Gelezen,’ antwoordde Tim.

‘Waar?’ Kreeks stem klonk nog wat zwakker.

‘In een boek.’”

Discussie gesloten. In de eerste viereneenhalve bladzijde van dit boek geeft Marc ter Horst een wereld van info aan de lezer. Hoofdpersoon Noor zit in een klas bruggers en hoort de mini-klimaatdiscussie. Voor- en tegenstanders zijn er meteen, het is net de echte wereld. Het eind van de hoofdstuk laat zien dat de hoofdpersoon (te) veel weet over het klimaat :

“Danley begon weer te wiebelen. Hanna ging veder met haar tekening en Kreek sjokte terug naar het bord om het albedo-effect nog eens uit te leggen. Zo noemde hij het niet, maar mij hoefde hij niets meer te vertellen over het smelten van die stomme polen.”

Noor doorleeft een onrustige fase van haar leven. Dat komt niet alleen door die puberteit, maar ook door alle informatie die ze dagelijks krijgt. Van social media, van mainstream media, van haar ouders. Die dus klimaatdrammers zijn. Waardoor Noor niet, en haar vriendin Veer wel, naar Griekenland op vakantie kan, met het vliegtuig.

Dat heeft zij weer. En het is nog erger: ze moet op zomerkamp van haar ouders, omdat ze een trieste indruk maakt. Ammenooitniet, denkt ze en gaat stiekem haar eigen vakantie invullen. Daardoor maakt ze dingen mee die ze nooit had verwacht …

Het is een heerlijk leesbaar boek, van de hand van Marc ter Horst. Hij stond al bekend om zijn heldere, doordachte schrijfstijl en dat maakt hij ook hier weer waar. Het thema is actueel: het klimaat. Daar hebben erg veel mensen een mening over, hoewel niemand precies weet wat de toekomst brengen gaat.

De ouders van Noor zijn dus vóór mileuvriendelijkheid in al zijn soms bizarre vormen, en daardoor is Noor haast automatisch tegen en doet al even bizarre milieuonvriendelijke dingen.

Ze wil rebelleren en dat doet ze in haar vakantie dan ook, door op een verlaten strandje te gaan zitten, ergens in Nederland. Zalig in haar eentje zwemmen en zonnebaden. Alleen is het wel even schrikken als daar Tim opduikt, een klasgenoot. Wat moet hij hier?

Lees het boek – het is een feest voor je hersens – en ontdek dat jij niet de enige  klimaattwijfelaar bent.

ISBN: 9789025778071

Sterren: ****

Uitgeverij: Gottmer

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Barbara Felix – Hanna en de vrijheid

Een onstuimig leven

Onder het pseudoniem Barbara Felix schreef Alice Rühle-Gerstel deze roman. In dit verhaal leidt de fictieve Hanna een onstuimig leven. In het echte leven was dat voor Alice niet minder: ze was Joods schrijver en psycholoog, geëmigreerd naar Mexico, vertrouweling van Trotski, en na de dood van haar man sloeg ze de hand aan zichzelf. Dat klinkt veel te triest.

Gelukkig liet ze deze verborgen diamant na. Dit verhaal over Anna speelt in de periode vlak voor de tweede wereldoorlog: het Nazi-gedachtengoed borrelde gevaarlijk, terwijl het communisme van heilstaat Rusland imploderende neigingen vertoonde. Intussen flirtten sommige democratieën met ofwel idealenverkwanselaars ofwel het kapitalistisch gedachtengoed. Explosief, kruitvat en vonk zijn hier de trefwoorden.

Een vitale achtergrond voor Anna, die bij de communistische partij in Praag gaat werken bij de krant ‘Svoboda’ (vrijheid). Haar relatie met hoofdredacteur Anatol gaat al snel van platonisch naar seksueel. Helaas is dat niet voor beiden heel bevredigend, zoals Barbara Felix in de lange variant uitlegt:

Maar de al voorziene omhelzing had niet zoveel gebracht, misschien alleen nog het ‘kleine genot’, en snelle tinteling, een oppervlakkige ontspanning, en toen ze – hij was al bevredigd, snel en uitputtend als een man, als iedere man misschien – naast hem had gelegen en langzaam, langzaam, met de hulp van het geheugen en de fantasie, bij zichzelf het geheimzinnige lichamelijke verlangen had opgeroepen dat de huid van het vlees en het vlees van de botten doet loskomen en dat tot onder de hoofdhuid opstijgt en in de hals klopt, zodat je niet kunt ademen, en het hele wereld verdween, de pensionkamer met het neergelaten kanten gordijn en het huis en de straat en de stad, veertig jaar van het leven, en alles wat ze wist en dacht, en toen ze, met andere kennis dan die van haar gedachten, absoluut zeker wist dat nu, nu en nu het enige leven begon dat het waard was geleefd te worden, het leven zonder de belasting van het ik, zonder het leven van het al, van de schepselen, van de onaardse verhevenheid van het ik-loze vlees – toen had hij haar vluchtig gekust en met een nauwelijks hoorbare zucht gezegd: ‘Ik moet nu helaas gaan.’”

Behoorlijk teleurstellend ja, maar als hun liefde zich tegen verwachting in verdiept, leeft ze op:

Ze hield zich vast aan de blikken van verstandhouding die ze, alle beroering op de werkplek ten spijt, bij wijze van groet kreeg toegeworpen, ze klampte zich vast aan de zekerheid die ze, zonder reden en bewijs, voelde: ook Anatol was zich bewust van een diepere, algemenere, volmaaktere versmelting, ver uitstijgend boven de schaarse prikkels en oplossingen die hij tussen drie en vijf op klaarlichte middag bij haar zocht en vond.

Ook nu was het klaarlichte middag, maar er was vandaag geen redactie die hem uit haar armen kon halen, geen mens ter wereld die haar nu miste. Ze beminden elkaar lang en hartstochtelijk en na het minnespel dommelden ze samen in op de herfstige bosgrond.”

Dit fijne stuk tekst behandelt de complexe werk/liefdesverhouding van baas en ondergeschikte. Het is tevens een inleiding op de rest van het verhaal, waar Hanna op de harde manier merkt dat er in haar huidige leven weinig zekerheden zijn. Ook constateert ze dat haar huidige leven haar niet genoeg voldoening oplevert, zelfs niet in een schitterende stad. Tijd voor radicale verandering, lijkt ze te zeggen.

Zin in een duik in vervlogen tijden vol opborrelende initiatieven? Lezen maar.

ISBN: 9789083166186

Sterren: ***

Uitgeverij: Van Maaskant Haun

Ook verschenen op Bazarow