Daniëlle Bakhuis – Clownsnacht

Danielle Bakhuis – Clownsnacht

Vakkundige jeugdhorror

Een jaar of wat geleden was opeens de horrorclown in het nieuws, dankzij lolbroeken die uit de bosjes sprongen met een clownsmasker op om mensen een doodschrik te bezorgen. De horrorclown, waar kennen we die van? Van Stephen King bijvoorbeeld? Hij lanceerde in zijn boek ‘Het’ de boosaardige clown Pennywise, die 1000 pagina’s lang een aantal kinderen het leven zuur maakt. Dat boek, en vooral de duivels getekende Pennywise sprak zo aan dat clowns sindsdien een stukje van hun onschuldige schuddebuik-uitstraling kwijt waren.

Daniëlle Bakhuis gebruikt dat collectieve beeld handig in ‘Clownsnacht’, een jeugdhorrorboek. Met een minder angstaanjagende demon dan Pennywise, omdat met de jeugdige zieltjes voorzichtig omgegaan dient te worden. Horrorschrijvers voor volwassenen hoeven daar geen rekening mee te houden. Zij kunnen hun horror zo gruwelijk mogelijk aanzetten, terwijl kinderboekenschrijvers de horror ook spannend moeten houden, maar zonder blijvende nachtmerries.

Bakhuis heeft die subtiele balans goed in de vingers. Het verhaal wordt stapsgewijs steeds een klein beetje griezeliger, maar als de prikkelende spanning naar gevaarlijke hoogspanning dreigt over te springen, tempereert ze weer naar een hanteerbaar voltage. Net genoeg voor de suspensezoekende lezer om weer even adem te halen.

De spelregels van het opbouwen van een griezelig verhaal volgt Bakhuis ook foutloos. In niet te lange hoofdstukken belicht ze de personages waarbij bedreigende zaken niet lang op zich laten wachten. De dreiging komt uit een onverwachte hoek, of van een ander persoon dan je zou verwachten, en culmineert tegen het eind van het hoofdstuk tot net nog draaglijke hoogten. Daarna volgt vlak voor het einde van het hoofdstuk een verrassing, meestal onaangenaam, die de lezer de adem beneemt.

En door naar de volgende golf avontuur. Bij zo’n rollercoaster van emoties en spanning hoort wel een passend verhaal natuurlijk. Maar ook die kwalificatie vervult Bakhuis met succes. Hier volgen we Fara die gaat babysitten bij de familie Zuiderduin, in een enorm huis. Alles lijkt in orde, maar dan beginnen dingen te gebeuren. Zo valt de stroom uit, die ze met moeite weer aan de praat krijgt. Bij de zoektocht naar de knop om de stroom weer aan te zetten in het kasteelachtige huis, vindt ze vreemde dingen op zolder. Later hoort ze dat er een moordenaar in de buurt ontsnapt is. Haar telefoon heeft nog maar twee streepjes stroom en ze is de oplader vergeten. Ze moet op de kinderen letten. En er is ook nog iets met een clown.

“Wanneer ik Suzies kamer binnen stap, staat ze huilend naast haar bed. Ze heeft een roze knuffeltje in haar ene hand en wrijft met haar andere hand in haar oog. Ik zak door mijn knieën en strijk een pluk haar uit haar gezicht. ‘Hé Suzie. Had je naar gedroomd?’

‘M-mama! Waar i-his mama?’ Dikke tranen maken geultjes in de gele schmink op haar wangen.

‘Mama en papa zijn naar een feestje vanavond, maar ik pas op. Ik heet Fara, weet je nog?’

Haar mond is opeens heel dicht bij mijn oor. ‘Ik wil niet dat de clown naar me kijkt.’ Ze zegt het zo zachtjes dat ik haar bijna niet versta.

Mijn buik trekt zich samen. ‘Wat?’

‘De clown,’ fluistert Suzie. ‘Hij stond naast mijn bed.’”

Je ziet het voor je. Prima situatie zo, veel suggestie, filmische beschrijving en een lugubere sfeer. Daarmee kunnen we lekker verder griezelen en meeleven met dit zorgvuldig opgebouwde verhaal. In een nawoord vertelt Bakhuis welke urban stories en andere zaken er allemaal in dat verhaal verwerkt zijn – meer dan je denkt. Nu nog doorlezen, als je durft, en zien hoe dit verhaal afloopt. De op de achtergrond aanwezige clown heeft daar wel een idee over.

Sterren ****

ISBN 9789000370375

Uitgeverij van Goor

Ook verschenen op De Leesclub van Alles

Ashley Elston – 10 Blind Dates

Een ongemakkelijk plan van een hyper familie

Kerst. Een perfecte virtuele snelkookpan voor elkaar al jaren ergerende familieleden, liefst voor langere tijd daarin vastzittend zodat het onderhuidse gebroei zich kan ophopen tot de pressie te groot wordt en het deksel van de pan knalt.

Over de sfeer tijdens die gevreesde feestdagen zijn al veel boeken, films en series gemaakt. Rondom die sfeer draait ongeveer de helft van dit boek. De andere helft behandelt de heftige romantische gevoelens van de doelgroep: jongvolwassen lezers.

Sophie kent beide soorten gevoelens maar al te goed omdat ze haar hele leven al kerstfeesten viert, én in de doelgroep valt. Bovendien heeft ze het hele jaar door last van haar iets te bemoeizuchtige ouders. Ze is dan ook dolblij als haar ouders de kerstdagen bij opa en oma gaan vieren. Eindelijk alleen met haar vriend Griffin.

Helaas ziet Griffin dat anders, met als resultaat dat Sophie dan toch ook maar bij opa en oma de feestdagen door gaat brengen. Met haar familie. Die hebben wel een ideetje: om haar liefdesverdriet te verlichten gaat elk familielid voor Sophie de komende tien dagen een blind date organiseren. Leuk plan, vindt iedereen, gaan we doen.

Klinkt dat plan weird? Onrealistisch? Vergezocht? Ja, ja en ja, maar toch maakt Ashley Elston er dit boek van. In uptempo geschreven, vol razendsnelle gebeurtenissen, verschuivende perspectieven en sterk wisselende hormonale stemmingswisselingen. Is dat voldoende om een boek op zo’n onwaarschijnlijk thema te laten slagen? Elston doet haar best en slaagt voor de test. Ze treft feilloos de binnenwereld van de doelgroep, schrijft snel en grappig en neemt alle ‘gevaarlijke’ gevoelens (jaloezie!) mee, zoals in deze scene waarin Sophie te weten wil komen wie haar volgende date is:

“De keukendeur gaat open, ik maak van schrik een sprongetje. ‘Hallo? Waar is iedereen?’ hoor ik en dan verschijnen tante Lisa en oom Bruce in de hal. ‘Daar zijn jullie dus,’ constateert tante Lisa. ‘We dachten: laten we even aanwippen om te kijken hoe de zaken ervoor staan.’

‘Mam probeert me al de hele dag zover te krijgen dat ik haar vertel wie ik voor je gekozen heb, maar ik zwijg als het graf.’ Olivia smakt met haar vers gestifte lippen voor de spiegel.

‘Oké, ja, ik geef het toe, we zijn nieuwsgierig. En ik heb tegen Eileen gezegd dat ik er zou zijn en haar de details zou doorbellen. En Bruce heeft Bill moeten beloven dat hij zich ervan zou verzekeren dat Soofs date geen griezel is.’

Ik rol met mijn ogen. Het verbaast me helemaal niet dat mijn ouders spionnen hebben gestuurd om alles in de gaten te houden.

Als romantische serie op de streamingdienst van Disney zou dit verhaal prima passen. Een erg filmische, hippe, in sneltreinvaart verlopende zoektocht naar de ware, met de arme Sophie als het middelpunt. Ze rolt een avontuur in dat al haar zenuwuiteinden op scherp zet, om nog maar te zwijgen van haar onderbuikgevoelens. Het is niet moeilijk om met dat verhaal mee gaan. Wie dat doet, krijgt een realistisch gemaakte emotionele achtbaan. We kunnen niet wachten op de serie.  

Sterren: ***

ISBN: 9789000370573

Uitgeverij: van Goor

Ook verschenen op De Leesclub van Alles 

 

Irena Brignull en Richard Jones – De reis van het dromenkind

Zachte tekeningen omlijsten een goed verhaal          

Aan een prentenboek is al snel te zien of het inderdaad een symbiose van tekst en tekeningen is, zoals de bedoeling zou moeten zijn. Bij dit verhaal is dat top. Wel zijn de tekeningen iets sterker dan de tekst, omdat ze hoe zeg je dat, zo beeldend zijn. Daardoor dragen ze de fijn beknopte tekst, zoals dat dan weer hoort in een prentenboek.

Illustraties dus. Richard Jones maakte ze en het verdient de moeite voor de geluksvogels die dit boek in handen krijgen, om ze gedetailleerd te bekijken. De bomen zijn stijlvol stakerig, met her en der uitstekende takken vol strakke bladeren die uitgeknipt en opgeplakt lijken. Dat samen met de kleurencombinatie van de stam en de takken die loopt van donkerbruin naar lichtgroen, rood en kopergeel, geven de bomen een weemoedige sfeer.

Er is meer natuur, veel meer. Elke pagina staat vol bloemen, dennenbomen, grasvelden, en nog meer bomen. Diezelfde bofkonten die nu in het boek bladeren, kunnen op zoek gaan naar in het landschap verstopte eekhoorntjes, vogelnestjes, een vos, en zalmen. Genoeg te ontdekken voor nieuwsgierige kinderoogjes.

Tussen het groen door loopt iemand: een meisje. Ook in kalme aardekleuren, goed passend in het struweel. 

“Hoog boven het dal,

voorbij het bos,

woonde een jong meisje

met lavendelblauwe

ogen en glanzend

kastanjebruin haar.”

Dat naamloos blijvende meisje woont samen met haar moeder in het bos, tot beider tevredenheid. Ze leefden nog lang en gelukkig – of nee, dit is geen sprookje. Hier rollen problemen het paradijs binnen.

“De hele zomer was het

meisje buiten. Ze klom in de

bomen en zwom in de rivier.

Ze kende de dieren en de

vogels en zag hoe ze geboren

werden, hoe ze leefden en

wanneer ze stierven.

En ze zag dat ieder dier een

moeder en een vader had.”

In die laatste zin zit de drijfveer die deze queeste voortstuwt. Het meisje realiseert zich dat ze alleen een moeder heeft. Hoe kan dat?

In vierkantjes gezette korte zinnen begeleiden daarna haar tocht door het bos. Prima zinnen, die niet meer en niet minder informatie geven dan noodzakelijk. Net genoeg om kinderen die de zinnen lezen, aan het denken te zetten. Om daarna de moeite te nemen met het meisje mee te gaan op ontdekking, die weer wordt bekroond met een mooie universele boodschap.

Sterren: ***

ISBN: 9789060388808

Uitgeverij: Christofoor 

Ook verschenen op De Leesclub van Alles 

John Marss – De ware

Online daten gevaarlijk? Hier wel.

“’Nog niet lezen!’ zei Sally door de telefoon tegen Nick. Ze klonk nerveus. ‘Wacht tot je thuis bent, dan doen we het samen.’

Sally gaf toe dat ze, sinds het moment waarop haar smartwatch had aangegeven dat er een e-mail binnen was van Match je DNA, een gevoel in haar maag had alsof ze in een lift zat die twintig verdiepingen naar beneden stortte. Ze had Nick onmiddellijk gebeld en ongeduldig gewacht tot hij zijn inbox had geopend en gezien dat er bij hem ook een mailtje was binnengekomen.

Op het reclamebureau waar hij werkte, had Nick vanmiddag gevatte slogans moeten bedenken…, maar in plaats daarvan zat hij zich zorgen te maken onder de inhoud van de e-mail.

Waar hij zich nog meer zorgen over maakte, was dat Sally erop had aangedrongen de test te doen. Wat hem betrof hadden ze het goed samen en hij had zich er helemaal op ingesteld samen een toekomst op te bouwen.”

Hier lezen we mee met de arme stumper Nick, die al jaren met zijn Sally samenleeft in een goede relatie. Tenminste, dat dacht hij. En Sally denkt het eigenlijk ook, maar is aan het twijfelen gebracht door een nieuwe dienst genaamd Match je DNA. Dat is een geniale test, ontwikkeld door een bedrijf met dezelfde naam: de test vindt het gen dat je zielsverwant aan je verbindt.

Geen getob meer met afspraakjes, moeizame gesprekken aan een bar of onhandige avances. Doe de test en je hebt de partner die het best bij je past. En het werkt. Miljoenen tevreden klanten over de aardbol zijn gematcht, tot grote tevredenheid van iedereen, alleen de bijeffecten zijn wat vervelend. Relaties die prima leken, worden na de test verbroken, en het woord ‘romantiek’ zal nooit meer hetzelfde betekenen. Ook niet voor Nick en Sally – de uitslag van hun test is heel anders dan in ieder geval Nick verwachtte – en hoewel ze er eerst besmuikt om lachen, drijft die uitslag een wig tussen hen. Opeens blijkt de nieuwe test gevaarlijker dan ze dachten.

Net zo gevaarlijk als de persoon op de achtergrond die snapt hoe de psychologie werkt achter de nieuwe test. Deze snoodaard doorgrondt de drijfveren van online daten, is bovengemiddeld computervaardig en heeft goede looks. Met die combinatie van kwaliteiten kan hij ongestoord zijn niet bepaald menslievende plan gaan uitvoeren…

Een intelligent opgezet, intrigerend verhaal dat terecht al enorme verkoopaantallen in Groot Britannië scoorde. Ex-journalist John Marss verkent de mogelijkheden van ons computergebruik, met name de mogelijke gevaren van het online daten. Dat doet hij listig door die problematiek in een spannend verhaal te gieten met levensechte hoofdrolspelers. Ook bouwt hij ruim voldoende plotwendingen in om het verhaal aantrekkelijk te houden.

In een tweede laag van het verhaal houdt Marss de levensstijl van de moderne mens tegen het licht. Oké, het is handig dat je de hele wereld onder je vingertoppen hebt met je telefoon, tablet en laptop, maar hoe veilig is het eigenlijk? Kun je je beschermen tegen indringers met bovengemiddeld veel verstand van bits en bites? En wat als er gevoelens aan te pas komen? Gevoelens van affectie, liefde zelfs, wint de emotie het dan niet te vaak van het verstand? Genoeg stof tot nadenken in een onderhoudend boek.

Sterren: ***

ISBN: 9789044356137

Uitgeverij: The House of Books 

Ook verschenen op De Leesclub van Alles 

 

Tess Gerritsen – Schaduw van de nacht

10-02-2020

Tess Gerritsen – Schaduw van de nacht

 Met Markies de Sade in een haunted house

Tess Gerritsen heeft een nieuwe roman uit. Is dat nieuws? Niet echt, want Tess Gerritsen heeft een erg hoge productie. Ze brengt al jarenlang zeer regelmatig boeken uit in verschillende series, waarvan een aantal succesvol verfilmd zijn. Soms komt ze met een, zoals de uitgever dat noemt, ‘stand alone’ boek. Zo één is dit ‘Schaduw van de nacht’. Is dit verhaal na al die anderen nog origineel, heeft ze alle denkbare thema’s niet opgebruikt, is haar stijl nog verrassend in deze ‘Schaduw van de nacht’?

Hoofdpersoon Ava huurt een huis in een afgelegen kustdorpje in Maine. Over dat huis wordt verteld dat de geest van kapitein Brodie er nog hangt, maar stoere Ava doet dat af als onzin. Totdat … uiteraard totdat … het huis vreemde geluiden gaat produceren en ze te horen krijgt dat iedere vrouw die in dit huis heeft gewoond, er ook in is overleden. Zou het toch …?

Het begin van het boek doet toevallig genoeg erg denken aan ‘Ik zie je’ van de Nederlandse Michael Berg. Ook daarin huurt een schrijfster met een alcoholprobleem en writers block een afgelegen huis (bij Michael Berg is dat een villa in de Provence) om een nieuw boek te schrijven. Na dat begin houdt de gelijkenis op, want Gerritsen neemt de ‘haunted house’ afslag.

“Ik lig in de duisternis van mijn slaapkamer en hoor weer muizen tussen de muren rennen. Maandenlang was alcohol mijn verdovingsmiddel en kon ik alleen in slaap komen als ik lam was … Op de een of andere manier weet ik dat hj vanavond aan me zal verschijnen….

De geur van de zee wordt sterker, alsof er een golf door de kamer slaat.

Dan verschijnt bij het raam een donkere werveling. Nog geen gedaante. Louter een vaag schaduwbeeld dat in de nacht vaste vorm krijgt.”

Alsof het gepredisponeerd is, komt het vage schaduwbeeld elke nacht een beetje dichterbij en lijkt inderdaad van mannelijke kunne te zijn, maar dat is niet alles. De schaduw heeft bepaalde bedoelingen, eerst nog net zo vaag als het schaduwbeeld, maar weldra explicieter. Zijn avances zijn seksueel van aard, dominant seksueel zelfs.

Gerritsen beschrijft de gevoelens rondom die avances zeer realistisch, zowel uit Ava’s gezichtspunt (ze is niet onwelwillend) als uit de steeds grensoverschrijdendere handtastelijkheden (dat grensoverschrijdende gaat best ver, zeker met de #metoo-discussie in gedachten: hier zou Markies de Sade nog iets van kunnen opsteken) van het intussen zeer tastbaar geworden schaduwbeeld.

Hoe dat afloopt? Gerritsen trekt de spanningsboog bekwaam steeds een stukje verder aan, zodat de lezer haast niet stoppen kan met lezen. Ze gebruikt listig het thema van de bedreigde vrouw in het spookhuis, mixt dat met de gevaarlijke doch niet onaantrekkelijke indringer en controleert het verhaal op elke bladzijde. Een bekwaam gebouwd verhaal, dat nog een tijdje blijft na-ijlen na de laatste bladzijde.

Sterren: ****

ISBN 9789460687211

Uitgeverij House of Books

Ook verschenen op De Leesclub van Alles