Katja Hoyer – Achter de muur

Omgaan met teleurstellingen

Achter De Berlijnse Muur verdween in 1949 de helft van Duitsland. Over die muur kon men niet kijken, maar men kreeg wel informatie die duidde op een onderdrukkend regime. Geen vrije pers, Stasi-agenten, nul privacy, zeer beperkte luxe; een repressief USSR regime: welkom in de DDR.

Dat tamelijk negatieve beeld probeert Katja Hoyer hier realistischer te benaderen. Ze doet dat grondig en plezierig leesbaar, beeldend en toegankelijk, net als haar boodschap. Het was niet alleen maar kommer en kwel in de DDR.

We beginnen met vijf getekende landkaarten die helder laten zien hoe de wereldmachten zich in 1949 tot elkaar verhielden. Daarna begint het verhaal van Angela Merkel. Haar carrière lijkt haast wel ontworpen voor dit boek – Hoyer gebruikt het als een krachtig vehikel om te laten zien dat de verschillen tussen de twee Duitslanden hemelsbreed niet zo groot waren. Merkel verhuisde op driemaandelijkse leeftijd met haar ouders in 1954 naar Oost-Duitsland:

“Merkel zou de eerste 35 jaar van haar leven doorbrengen ten oosten van de scheidslijn die Duitsland in tweeën splitste. In die tijd groeide ze uit van domineesdochter tot een zelfverzekerd wetenschapper, en die jaren hebben haar zeker zo sterk gevormd als de dertig jaar na 1990.”

Die bijna verdedigende toon zet de toon van dit boek. Hoyer lijkt het negatieve imago van de DDR te willen rectificeren:

“Wie ervoor openstaat zal niet een zwart-witte, maar een veelkleurige wereld aantreffn. Er was onderdrukking en wreedheid, maar er waren ook kansen en saamhorigheid. De meeste Oost-Duitse gemeenschappen hebben dit ervaren…

De burgers van de DDR leefden, hadden lief, werkten en werden oud. Ze gingen met vakantie, maakten grappen over hun politici en brachten hun kinderen groot. Hun verhaal verdient een plaats in het Duitse narratief…”

Vervolgens schetst ze gedetailleerd als in een roman het echte leven van de DDRers in die tijd. Geen fijn leven, zeker niet als je in de gevangenis terechtkwam als politieke gevangene, zoals Erwin Jöris:

“De 24-jarige Berlijner Erwin Jöris werd een kleine cel binnengeduwd. In de duisternis stonk het naar zweet, uitwerpselen en angst… Erwin keek om zich heen om te zien of hij ergens kon zitten, maar er was geen plek op de overvolle vloer. Dus moest hij staan op de enig mogelijke plaats, naast de latrine, een groot vat met een deksel. Hij stond er urenlang, dagenlang, wekenlang… Op een dag zakte hij in elkaar.. Een dokter nam Erwin daar van het hoofd tot de voeten op, concludeerde dat hij alleen maar deed alsof hij ziek was, en zond hem terug naar de cel.”

Dat is het begin van de Duitse tweedeling. Hoyer pluist de geschiedenis verder uit in een hoofdstuk als ‘Opbouw van het socialisme’. Daarin voert ze Heinz Just op, een metaalwerker: werk waarvoor hij geleerd had en dat hij leuk vond. Toen hij een baan kreeg bij de VEB Fräsmaschinenwerk kreeg hij te horen dat ze niet op metaalbewerkers zaten te wachten, maar dat hij machines moest gaan bedienen.

Twee jaar later bediende Heinz nog steeds die machines en was zijn loon nog steeds maar een fractie van het minimumloon. De DDR-autoriteiten bereikten nimmer hun doelen. Ze probeerden uit alle macht de economie op gang te krijgen, maar het ambitieuze vijfjarenplan uit 1951 werd niet gehaald.

Desillusie, teleurstelling en uiteindelijk onverschilligheid was het gevolg. Hoyer benoemt het allemaal in haar romanesk gedetailleerde stijl waardoor de lezer in een heldere beeldenstroom letterlijk alles wat zich achter de muur afspeelde voor zich ziet. Consciëntieus dus. Dat maakt dit boek een document dat de realiteit van Oost Duitsland onverbloemd laat zien.

ISBN: 9789021466026

Sterren: ***

Uitgeverij: van Querido Facto 

Ook verschenen op Bazarow 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *