Recensies van actuele boeken

Chris Naylor-Ballesteros – Toen de storm kwam

Ellende verbroedert 

Er was eens een kikkerfamilie die bij de rivier woonde. Op de oevers konden ze fijn spelen. Zeker als de zon scheen en het lekker warm was. Het probleem was alleen dat er een Groot Eng Beest was. In de boomstronk. Bij de rivier. Het had grote gele ogen en kwam alleen ‘s nachts tevoorschijn. De kikkers meden voor alle zekerheid de boomstronk als de pest.

Meer dan deze compacte beschrijving is voor het begrip van dit prentenboek niet nodig. Het verhaal draait om angst voor het onbekende. Of eigenlijk angst voor het bekende: het Grote Enge Beest.

Een tikje voorspelbaar zet Naylor-Ballesteros zo zijn verhaallijn uit. De kikkers hangen aan bladeren, zitten op takken, springen heen en weer zoals kikkers dat doen. Zorgvuldig uit de buurt blijvend van die grote gele ogen.

Maar dan steekt een storm op, een GROTE storm. De kikkers waaien bijna weg – bijna? Kikkertje waait echt weg!

Op dit hoogtepunt van suspense laat ik u graag raden naar de clou, beste lezer. Tip: het heeft te maken met de boomstronk.

Illustratietechnisch is dit een enorm dynamisch boek. De kikkertjes hangen, zwengelen, zwiepen aan de plantenstengels, die weer aangewaaid worden door een snel groeiende storm. Alles waait.

De kikkers hebben nog grotere ogen dan gewoonlijk als ze zich in paniek met hun drievingerige handjes tevergeefs vastklampen aan alles wat steun geeft. Helaas is die steun nooit meer dan de al genoemde flexibele plantenstengel

Totdat de storm de kikkertjes op één lijn brengt, in de overlevingsmodus zelfs. Dat verbroedert, en op die samen-sterk manier kunnen ze meer dan ze dachten. En zijn ze moediger dan ze ooit waren.

En dat monster? Dat is een monster. Ga dat zien. En lees meteen het hele, grappige boek met de humanitaire boodschap.

ISBN: 9789048321278

Sterren: ***

Velman Uitgevers

Ook verschenen op Bazarow 

Yorick Goldewijk – De boom die een wereld was

Dieren van binnenuit

Het talent van Yorick Goldewijk lijkt alsmaar uit te dijen. Een paar highlights: natuurlijk zijn verkooprecords brekende ‘Films die nergens draaien’, en voor de maand van de filosofie het prachtige ‘De chaos in Lois’.

Nu ligt voor me ‘De boom die een wereld was’, een aangenaam vervreemdende kijk op het dierenleven op aarde. Prachtboek alweer. Niet alleen door de stoere hardkartonnen behuizing met veel glurende oogjes. Dat is nog alleen de buitenkant.

Binnen wordt het interessant. In elk hoofdstukje neemt Goldewijk een dier bij de hand  en laat de gedachtewereld van dat dier zien. Dat varieert van de maanvlinderrups tot de bruine beer tot de rolpissebed tot aan de heelalvis. Hoe die laatste eruit ziet, kun je het best in het boek zelf bekijken, en vergeet vooral niet te proberen de tekst te begrijpen. In die schijnbaar uit de losse pols gevallen zinnetjes zit bij bijna elk dier een diepere achtergrond, of een gekke afslag, of een verdraaide gedachtensprong, of een filosofisch eh ding.

Natuurlijk zijn niet alle dierengedachten even grinnikend of treurig, of met een gouden griffel geschreven. Maar het komt in de buurt.

Eén magistraal voorbeeld dan, in zijn geheel, voor het effect:

“De luiaard

De luiaard hing al de hele dag roerloos aan zijn tak in de boom.

De tijd ging trager dan een windstil briesje, maar nu begon eindelijk de zon te dalen.

Nog even volhouden, dacht hij. Al voor de vierenzestigste keer of zo.

Soms, als hij zeker wist dat niemand keek, durfde hij even met zijn vingers op de tak te trommelen. Of heel wild met zijn ogen te knipperen. Of een vurig ritme te klapperen met zijn tanden. Maar algauw dook er dan ergens een blik op tussen de bladeren, of uit een hol daar beneden in de grond.

Wantrouwige oogjes.

Wat doet de luiaard nou? zag hij de oogjes denken. Bewoog-ie nou?

Bemoeiallen.

Eindelijk brak de nacht aan. Alles in de boom raakte verstopt in duisternis. Ook de luiaard.

Stilletjes klauterde hij langs de boomstam naar beneden.

Wat doet de luiaard nou? grinnikte hij bij zichzelf.

Nou, zei hij in gedachten tegen die bemoeiallen: de luiaard gaat fijn zijn saaie boom uit. De hele nacht. Rennen springen, salto’s maken. En gillen. Gewoon lekker gillen.

Misschien nam hij wel een duik in het meertje van de snoeken. Die sliepen toch als een os. En niemand zou weten dat hij het was.

Hij glimlachte en zette het op een rennen.”

Briljant, een ander woord komt er niet naar boven als je dit leest. Wij lezers mogen eindelijk het geluk smaken om de geheime wereld van de dieren te kennen. Wat wil je nog meer?

Meer van dit soort boeken, dat wil ik.

ISBN: 9789021685373

Sterren: ****

Uitgeverij: Ploegsma

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Yorick Goldewijk – Films die nergens draaien

Kijken waar andere mensen niet kijken

Wie niet geraakt wordt door dit boek heeft een hart van beton. Dat is een boude bewering, maar waar. Yorick Goldewijk zet een glinsterend verhaal neer met alle elementen die ertoe doen. Spanning, melancholie, verdriet, eenzaamheid, dood, verlies en natuurlijk geluk. Al komt dat pas op een heel laat moment.

Maar dat gaan we niet verklappen natuurlijk. Het is veel beter dat u gewoon het boek koopt, leent of achterover drukt bij vrienden en het in een rustig hoekje gaat zitten lezen. Smoezen als ‘ik heb niet genoeg concentratie voor een lang verhaal’ of ‘ik wacht wel op de film’ of ‘boeken boeien me niet’ kunnen allemaal van tafel geveegd worden. Ga gewoon lezen en word ondergewaterboard in een kneitergek verhaal.

Meer superlatieven ga ik niet gebruiken want in de dertiende druk van 2023, die ik rijkelijk laat inderdaad las, zijn de eerste twee pagina’s al volgeplempt met complimenten van de Griffeljury 2022, en 17 quotes uit de pers. Bovendien won het de Gouden Griffel 2022. Er zijn kortom, meer mensen die het boek de moeite waard vinden.

Voor de paar stervelingen die het nog niet gelezen hebben: het meisje Cato woont samen met haar uitgebluste vader in een huis. Haar moeder stierf bij haar geboorte – dat moet haast wel zijn verslagenheid verklaren. Voor Cato valt dat niet mee. Zeker niet omdat ze een slim, ondernemend meisje is dat zich geen knollen voor citroenen laat verkopen.

Vastbesloten niet zoals haar vader te worden, slaat ze zich door het leven heen. Op een dag ontdekt ze dat LUX, een oude leegstaande slash vervallen bioscoop, nog springlevend is. Daar draaien films die nergens draaien. Daar moet ze meer van weten. Ze gaat op onderzoek uit, vindt mevrouw Kano die de bioscoop een soort van beheert en haar meteen vraagt om te komen werken in de bioscoop. Vanzelfsprekend is dat absoluut geen normaal werk.

Als lezer volg je de fantasmagorische reis van Cato met ingehouden adem. Ze valt van de ene verbijstering in de andere nachtmerrie. Er is een traject gestart waar ze geen weet van had en erger nog, geen idee heeft waar het eindigt.

Goldewijk bouwt een heerlijk verhaal met die onzekere/dappere hoofdpersoon. Hij geeft haar brutaliteit mee, boosheid, verdriet – ongeveer zoals een mens. De andere personages schragen het verhaal perfect. De vader met zijn uitgeblustheid, de bioscoopmevrouw met haar raadsels, de waarschijnlijk gemene Cornelia, en de deus ex machina die haar werk uiterst nauwgezet uitvoert.

De taal van het boek verdient een eigen vermelding – die is onnavolgbaar. Goldewijk mixt straattaal met emotie met grofheid en droge humor, en zet dat in de enige juiste volgorde. Zoals wanneer Cato Dikkie ontmoet:

“Dikkie ging op de grond voor de tv zitten. Cato kwam naast hem zitten.

‘Hij duurt een uur,’ zei Dikkie, terwijl hij met glazige ogen naar het scherm keek.

‘En wat gaat er gebeuren?’

‘Niks, hoop ik.’

‘Aha.’

Ze keken een tijdje zwijgend naar het scherm.

‘En wat als er wel wat gebeurt?’ zei Cato toen. ‘Stel dat er ineens iemand voorbijloopt. Dat zou toch cool zijn?’

‘Nee joh. Juist niet…”

Lezen dat boek.

 

ISBN: 9789021681825

Sterren: ****

Uitgeverij: Ploegsma

Ook verschenen op Bazarow 

Alexandra Helmig & Valeria Docampo – Alva en het eiland van herinneringen

Mooie momenten vasthouden

Waar het oog op blijft hangen bij dit prentenboek zijn de tekeningen. Valeria Docampo zet ze een beetje stripperig neer, als in een comic, in zacht romige – vooral beige – tinten en omringd door weidse vergezichten.

Het persoontje waar het om draait is Alva. Ze woont op een eiland midden in het meer. Of de zee, daar willen we vanaf zijn. Een fragiel meisje is het, met een lieflijk puntneusje, en ze zit op haar eiland te turen door haar verrekijker. In haar andere hand houdt ze een lange stok met een haak, waarschijnlijk om iets uit het water te vissen.

O nee, toch niet. Als we de bladzijden omslaan, haalt ze met een lang touw en een haak allerlei wit/grijze wolken uit de lucht. Alleen zijn het geen wolken. Het zijn herinneringen, waar ze iets mee moet:

“Alva heeft haar handen vol.

Want na een tijd vervagen

de herinneringen.

Ze moet ze schoonmaken

en afstoffen tot ze weer glanzen.”

Een eervolle maar drukke baan, maar ze doet het met plezier. En liefde. En toewijding. Totdat, op een boze morgen ….er geen herinneringen meer landen op haar eiland. Geen enkele.

Wat nu?

Het goede verhaal van Alexandra Hermig houdt de lezer fijn bij de les, terwijl de geweldige tekeningen van Valeria Docampo alles visueel op een hoog niveau houden.

Tekeningen die het boek een dromerige sfeer meegeven. De roze/gele wolken boven de zee, het blauwe zwiepende haar van Alva, de grijs beschaduwde rotsen her en der in het water. En later, als Alva op het vasteland is aangekomen, de variëteit aan mensen die daar rondlopen. Let vooral ook op het oude vrouwtje met de enorme brillenglazen.

Moeten we nog meer zeggen? Neuh. Bekijk het boek en sluit de goedheid ervan in je hart. Meer vragen we niet.

ISBN: 9789462917460

Sterren: ****

Uitgeverij: De Eenhoorn

Ook verschenen op Bazarow

Maria Kager – De buitengewoon geslaagde opvoeding van Frida Wolf

Gevangenissen in je hoofd

Frida leeft haar leventje thuis, op school en in de tijd daartussen. Ze is een doorsnee pubermeisje, woont samen met haar vader in een groot huis dat grenst aan een koepelgevangenis, waar papa directeur van is. Niks aan de hand, ze beleeft dingen die andere pubers ook beleven, verder alles goed.

Of wacht … even fast forwarden naar het moment dat haar vriendin Rimade bij haar thuis langskomt:

“De vader van Rimade kijkt naar de grote zilveren koepel, die glinstert in de voorjaarszon. ‘Is het nou niet gevaarlijk om zo dicht bij een gevangenis te wonen?…

‘Welnee,’ zegt mijn vader. ‘Dat soort dingen gebeuren niet. Dat is uitgesloten.”

“Door de achtertuin is wel een keer iemand ontsnapt,’ zeg ik. ‘Toch?’ 

‘Goh kind, dat je dat nog weet. Dat is inderdaad één keer voorgekomen maar dat was werkelijk een uitzondering. Dit is een heel stevige, goedbewaakte gevangenis. Daar sta ik voor garant.’

‘Jij zegt altijd dat die tent zo lek is als een mandje. Dat het cement zo broos is dat je zó met de vork een tralie eruit wipt.’

‘Wil jij je mond houden alstublieft, niemand vraagt jou iets.’ Hij wendt zich tot de vader van Rimade. ‘Ik zeg altijd, niemand is zo achterlijk om in te breken bij de directeur van de gevangenis… Die enkele keer dat er eens iemand ontsnapt – iets wat zeer, zeer zelden voorkomt – weten ze niet hoe snel ze hun hielen moeten lichten, dan zullen ze heus niet bij mij in de tuin rond blijven hangen… Ziet u die camera daar? De lens is recht op onze voordeur gericht.’…

Maakt u zich maar geen zorgen, u kunt uw dochtertje met een gerust hart bij ons achterlaten.”

‘Gelukkig maar,’ zegt de vader van Rimade. ‘Dat is een hele opluchting.’

Maar hij klinkt niet opgelucht en hij houdt nog steeds zijn hand op Rimades schouder.”

Beetje lang citaat, sorry, maar het geeft exact de nare verstandhouding tussen de dominante maar dommige pa de gevangenisdirecteur, en de slimme maar zachte dochter als klappenvanger weer.

Ook als Frida het huis uit gaat, blijft de schaduw van de kille koepelgevangenis en de neerbuigend- en stupiditeit van papa op haar vallen. Je eigen leven vanuit zo’n situatie opbouwen heeft dan zo z’n uitdagingen.

Maria Kager verwoordt die relaties pijnlijk trefzeker, wonderschoon maar ook met een lekkere dosis galgenhumor. Soms komt bij de lezer zelfs een plaatsvervangend medelijden met Frida op als ze op de meest onverwachte momenten weer last krijgt van die geestelijke misvorming. De invloed van pa lijkt toch in haar systeem geëtst te zijn, iets waar ze zich maar moeizaam van los kan weken. Als dat al lukt.

Toch weet Kager het luchtig genoeg te houden om door te lezen. De koddige onhandigheid van Frida geeft een grappige toets aan het verhaal. Maar de demonen uit haar jeugd blijven met hun zacht blinkende vampiertanden om de hoek loeren. Ze moet leren leven met twee gevangenissen in haar hoofd.

ISBN: 9789029547338

Sterren: ****

Uitgeverij: Arbeiderspers

Ook verschenen op Bazarow 

Paul Lynch – Lied van de profeet

Als het duister komt

Waarschijnlijk zegt het veel over deze tijd, dat een intens donker boek de prestigieuze Booker Prize 2023 wint. Het Bijbelse motto voorin het boek werpt al een schaduw vooruit: “Prediker 1:9 – Hetgeen er geweest is, hetzelve zal er zijn, en hetgeen er gedaan is, hetzelve zal er gedaan worden; zodat er niets nieuws is onder de zon.” Dat kan verontrustend of juist troostrijk zijn. Hier gaat het om het eerste.

In de in eerste instantie nog normale wereld maken we kennis met wetenschapper Ellis Stack, die met haar kinderen en man Larry leeft in Dublin, Ierland. De eerste schaduwen verduisteren de zon als Larry opgepakt wordt. De nieuwe Ierse geheime dienst wil hem wat vragen stellen. Daarna verslechteren de omstandigheden, en kan Ellis niet anders dan vluchten met haar kinderen.

Het verhaal komt al snel in turbulentie terecht. Ellis is daar het middelpunt van. Vanuit haar gezichtspunt maken we live de omvorming mee van een democratie tot een dictatuur. Dat gaat verontrustend gemakkelijk.

Larry wordt intussen verhoord op het politiebureau. Daar heeft de politie het volste recht toe ‘sinds de in september uitgeroepen noodtoestand’ en als Larry het waagt om bezwaar te maken tegen deze behandeling krijgt hij een verbale waarschuwing vol ambtelijke kromtaal:

“.. dus u kunt wellicht begrijpen hoe dit op ons overkomt, uw houding kan uitgelegd worden als het gedrag van een staatsvijand, iemand die verdeeldheid en onrust zaait. Wanneer ten gevolge van een handeling de stabiliteit op staatsniveau wordt bedreigd, dan zijn er twee opties mogelijk: óf de handelende persoon is iemand die opzettelijk de belangen van de staat ondermijnt óf hij is zich niet bewust van zijn daden en handelt zonder vooropgezet doel, maar hoe het ook zij, meneer Stack, in beide gevallen is de uitkomst hetzelfde, de persoon zal staatsvijanden in de kaart spelen en derhalve, meneer Stack, doen we een dringend beroep op u om bij uzelf na te gaan of dat voor u misschien geldt.”

Op de virtuele achtergrond horen we Orwell, Huxley, Gerritsen, Atwood, Barry, Bervoets, Bradbury en de rest instemmend hummen. Goed gedaan. Na deze niet zo subtiele inbreuk op Larry’s privacy gaat het van kwaad tot erger; hij verdwijnt ergens naar een onvindbare plek in het justitiële systeem. Pogingen van zijn vrouw Ellis om hem te redden hebben geen kans van slagen. Alles slaat dood op een dictatoriaal éénrichtingssysteem dat elk initiatief wurgt. 

Van dat systeem en de maatschappelijke uitlopers daarvan ondervindt ook Ellis op een gegeven moment (halverwege het verhaal om precies te zijn) hinder. Als ze op haar werk een uitnodiging voor een vergadering niet heeft ontvangen, krijgt ze een onaangenaam gevoel:

“Paul Felsner heeft een strategiebespreking voor twee uur ‘s middags gepland, ze checkt haar e-mail maar ziet geen uitnodiging. Ze kijkt hoe de vergaderruimte langzaam volloopt, kijkt hoe Paul Felsner met een krant in zijn hand binnenkomt. Er ontwaakt iets in haar lichaam, het kruipt vanuit haar solar plexus naar haar armen en benen, ze loopt haar kamer uit en merkt dat haar handen koud worden, ze hoort het holle geluid als ze op de keur klopt, ze schraapt haar keel en steekt haar hoofd om de hoek. Ik heb geen aankondiging gezien van de vergadering, zegt ze, is het handig is als erbij ben?

De jaloezieën zijn half opgetrokken en Paul Felsner zit met zijn arm om de rugleuning van de stoel de krant te lezen terwijl de rest binnendruppelt, hij draait zich opzij en werpt haar een blik toe die vanuit een donker binnenste lijkt te komen en wat ze in zijn ogen leest is dat hij haar volledig in de tang heeft. Het is niet nodig dat jij erbij bent, Eilish. Hij buigt zich voorover en wuift haar de kamer uit. Hulpeloos staat ze bij de deur, ze wil zeggen: ja, maar dat is mijn klant, jullie kunnen niet verder zonder mij …”

Zo wordt het net van boosaardigheid langzaam aangetrokken. Lynch schrijft met verve, al zouden sommige hoofdstukken kernachtiger kunnen. Gelukkig trekt de snel grimmiger wordende toestand de lezer mee de diepte in. Een peilloze diepte die op onvoorspelbare momenten het pad der argelozen opensplijt om ze gulzig te verzwelgen. Er is maar één troost: de toekomst kan moeilijk somberder uitpakken dan dit verhaal. Een geweldig boek dit, en tegelijk een dubieus feest om te lezen.

ISBN: 9789044656268

Sterren: ****

Uitgeverij: Prometheus

Ook verschenen op Bazarow en TikTok

Kaj Driessen & Barbara de Wolf – Olifant heeft kriebel

Klein ongemak bij groot dier

Gék! Helemaal gek word ik ervan, nerveus, springerig en zelfs een pietsie sjacherijnig.

Jeuk op een plek waar je niet bij kunt. JEUK!

Aaaaaarhg! Precies op je rug midden tussen je schouderbladen. Of onder je voet als je aan het lopen bent. Of gewoon op een plek waar het niet hoort te jeuken. Nooit. Maar NU DUS WEL.

Iebelig schommelt de prachtig door Barbara de Wolf gestileerde olifant onder de bladeren door. Misschien helpen die tegen de wiebelkriebels? Maar nee. Zijn oogjes staren mismoedig omhoog. Niks helpt tegen de jeuk:

 

Er liep een olifant door het bos.

Zo’n hele grote grijze. Een beetje lomp, met vier

poten, twee oren en een lange slurf zoals echte

olifanten hebben

Maar deze olifant was een beetje anders.

Hij had namelijk al een tijdje kriebel op zijn rug.De olifant wist niet waarom hij kriebel op zijn

rug had. En mijn zijn slurf kon hij de kriebel net

niet wegkriebelen. Hij kon er nét niet bij.”

 

En dus gaat de olifant, een tikje radelozer geworden, op zoek naar verlichting.Gaat dat lukken?

Uw kleine meelezer en meekijker zal daar benieuwd naar zijn, zeker als u de juiste intonatie aanhoudt en de spanning gedoseerd opvoert. De grappige tekeningen wijzen behulpzaam de weg.

ISBN: 9789493301795

Sterren: ***

Uitgeverij: Samsara

Ook verschenen op Bazarow 

Raymond Carver – Een kleine weldaad – Alle verhalen

Gedoseerd innemen

Dit gaat natuurlijk over de onlangs bij uitgeverij van Oorschot uitgekomen verrukkelijke verhalenbundel ‘Alle verhalen – Een kleine weldaad’ van Raymond Carver. Volgens velen de beste Amerikaanse korte verhalen-schrijver. Terecht, mag ik daaraan toevoegen. Deze nieuwe bundel ligt nu voor me. Wow. Ik ben er even niet – ik lees.

Het voelt ouderwets. Door het fijne leeslint (ja kindertjes, dat is een object uit vervlogen tijden dat door de uitgeverij zeer terecht bij dit boek is heringevoerd) leg ik na elk gelezen kort verhaal dat donkerblauwe lint tussen de bladzijden in het boek, zodat ik een avond later blindelings het begin van weer een nieuw verhaal vind. En dat verhaal kan savoureren als een exquise bonbon. Tot het spijtig genoeg te snel bereikte eind van het verhaal. Gevolgd door het addictieve gevoel dat slechts één, ja één bladzijde omslaan nodig is voor weer het begin van een nieuw juweel.

Inkijkjes in de Amerikaanse Droom zijn het, die in vijf, zes bladzijden hun schurende inhoud openbaren. Gek genoeg gebeurt er niet veel in de verhalen. Geen spannende opbouw, geen psycho om de hoek, nergens een bomaanslag, nauwelijks plot noch een spectaculair einde, neen, gewoon een stuk tekst over mensen.

Getrouwde mensen vaak, die al jaren in hetzelfde huis wonen en soms een beetje gluren bij de buren. Mannen met een vaste baan, vrouwen die het huis schoonhouden. Mannen die al jaren iets anders willen, iets spannenders dan heen en weer naar kantoor rijden in hun Oldsmobile. Vrouwen die uitgekeken zijn op het bloemetjesbehang en het aanrecht en iets ondernemen. Maakt niet uit wat, zelfs iets fataals, als het de sleur maar doorbreekt.

Erg stereotype, zou je denken. Maar toch geeft Carver aan elk verhaal haakjes mee, haakjes die zich in het collectieve geheugen van de lezer slaan en daar een beetje zeurend blijven hangen.

Zoals het verhaal ‘Wat dacht je hiervan?’ Daarin volgen we Emily en Harry, die dromen over ‘een eerlijker leven in de natuur’. Emily is de instigator; ze haalt Harry over om te gaan kijken in het verlaten boerenhuis van haar vader. Harry gaat mee, maar raakt gaandeweg minder enthousiast: 

“Van al het optimisme dat zijn vlucht uit de stad had gekleurd was nu niets meer over: het was verdwenen toen ze in de namiddag van de eerste dag tussen de donkere sequoia’s naar het noorden reden…”

en als ze in het verlaten huis zijn aangekomen:

“Hij trommelde bij de voordeur tegen de muren. ‘Degelijk. Een degelijke constructie. Als de constructie maar degelijk is, dat is het voornaamste.’ Hij vermeed haar blik. Ze was scherp en zou iets hebben kunnen opmaken uit zijn oogopslag.

‘Ik had je gezegd er niet te veel van te verwachten,’ zei ze.

‘Ja, dat heb je gezegd. Dat herinner ik me terdege,’ zei hij, nog altijd zonder haar aan te kijken.”

Vintage Carver, dit. Er wordt minimaal geconverseerd, de opmerkingen over en weer zeggen genoeg.

200 pagina’s nooit eerder gepubliceerd werk

Carver-vertaler Sjaak Commandeur stelde deze bundel samen. Behalve de al bekende verhalen waar Carver roem mee verwierf, selecteerde Commandeur speciaal voor deze uitgave 200 pagina’s nooit eerder vertaald werk. Hoewel de verleiding tot veelvuldig uit de fraaiste verhalen te citeren zich nauwelijks laat onderdrukken, laat ik het hierbij. Lees het boek.

En hanteer het systeem van de volle koekjestrommel: beheers je. Hou het bij één of twee verhalen per keer, gedoseerd innemen. Ik sluit niet uit dat anders de emoties je naar de keel grijpen.  

ISBN: 9789028232075

Sterren: ****

Uitgeverij: v. Oorschot 

Ook verschenen op Bazarow 

Autran Dourado – Het mensenschip

Wervelend fantasierijke vertelling

We belanden, als we dit boek openslaan, in een nog onbekend maar omineus, angstaanjagend, afschrikwekkend milieu. En een waarschuwing (of is het een aanmoediging?): “DIT IS EEN VERHAAL VAN JACHT EN VANGST”.

Nog voor dat verhaal begint, krijgen we dit onrustbarende citaat voor onze kiezen:

‘It is in the power of every hand to destroy us, and we are beholden unto everyone we meet, who doth not kill us.’

THOMAS BROWNE

Vervolgens barst de schrijver los in een warrig maar speels relaas over Luzia die de kinderen had beloofd ze mee te nemen naar het Strandkerkhof. Dat toverwoord gebruikte Luzia als toverwoord/wonder/mysterie, en het verhaal steekt van wal met de kinderen, dromerig op het strand. Naar het kerkhof later zelfs, al vindt Godofredo dat geen goed idee.

“Wat is Fortunato daar toch aan het doen?

Maria keek door het raam nieuwsgierig naar Fortunato, die op zijn hurken in het gras van de tuin zat. Het gras groeide weelderig, onverschillig voor het ruisen van de zee en de kleuren van de glinsterende scherpe randen daarvan – de golfjes net messen; het was groen, een stille, roerloze groene deken. Fortunato, die Vrouwe Fortuna niet lang laat duren.”

Geen idee waar dit over gaat? Dat is deels de bedoeling. Dourado creëert een droomwereld, een hallucinogene ervaring die begint wanneer de verstandelijk beperkte Fortunado een pistool heeft ontvreemd (denkt men) uit het huis waar zijn moeder werkt als kinderjuffrouwe. De hele stad is gegrepen door een ongemotiveerde angst.

We worden meegevoerd in de complexe, gesloten eilandgemeenschap voor de Braziliaanse kust waarvan wij lezers nooit het fijne zullen weten. Inteelt misschien? Broedermoord, anonieme abortus? Dit mensenschip vaart over hoge golven en duikt in diepe dalen, en laat in feite niets anders zien dan de ultracomplexe menselijke aard, die altijd aspecten heeft die verborgen blijven. Het is taal om de taal..

Betoverend boek. Mucho complicado. Geen makkie om te lezen. De moeite waard. Lees het als een langgerekt sonnet, een poëem, een heldendicht, een hulde aan de menselijke complexiteit en een nietsontziende stijloefening die veel vraagt van de lezer. Maar daarvoor ook de lezer beloont met rijk proza. Probeer het en kijk hoe het u, beste lezer, door de golven van de mensenzee stuurt. Veel plezier.

ISBN: 9789083347103

Sterren: ***

Uitgeverij: Koppernik

Ook verschenen op Bazarow

Judy Blume – Bent u daar, God? Ik ben het, Margaret.

Groeipijnen en twijfels

Margaret Simon is verhuisd vanuit New York City naar het dorpje Farbrook. Daar heeft ze vriendinnen met wie ze alles kan delen. Dat is hard nodig, want als je een opgroeiend meisje van 12 jaar bent, overkomt je emotioneel nogal veel.

Grofweg gebeurt er in dit boek precies dat. In de hoofden van de figuranten is het razend druk. Bij hoofdpersoon Margaret van 12 jaar oud bijvoorbeeld, die bij het begin van elk hoofdstuk een samenvatting van haar dagelijkse sores toevertrouwt aan God zelf. Zoals in hoofdstuk 1:

“Bent u daar, God? Ik ben het, Margaret. We gaan vandaag verhuizen. Ik vind het doodeng, God. Ik heb nooit ergens anders gewoond dan hier. Stel dat ik mijn nieuwe school vreselijk vind? Wat nou als iedereen de pest aan me heeft? Help me alstublieft, God. Laat het een beetje meevallen in New Jersey. Dank u wel.”

Een ‘invoelend verhaal’ is misschien de beste karakterisering van dit boek. Invoelend voor de lezer die de complexe binnenwereld van Margaret voorgeschoteld krijgt, omdat ze besprongen wordt door veel verschillende gevoelens terwijl allerlei puberale veranderingen oppoppen. Met haar vriendinnen deelt ze die ervaringen in een geheime club.

De toon van het boek is briljant. We liften mee in het hoofd van het meisje in haar naïeve, wondere kijk op de wereld die vanuit haar beleving voor een groot gedeelte bestaat uit onbegrijpelijke gebeurtenissen:

“Ik fluisterde mevrouw Wheeler in het oor: ‘Nancy is ziek. Ze zit te huilen op de wc en ze wil dat u komt.’

Mevrouw Wheeler sprong overeind en liep met me mee naar het damestoilet. Ik hoorde Nancy snikken.

‘Nancy?’ riep mevrouw Wheeler terwijl de ze deur probeerde open te doen.

‘De deur zit op slot, Nancy. Ik kan niet binnenkomen,’ zei mevrouw Wheeler

‘Ik kan eronderdoor kruipen en hem van binnenuit openmaken,’ stelde ik voor. ‘Zal ik dat doen?’ vroeg ik mevrouw Wheeler.

Ik deed de deur open voor mevrouw Wheeler en ging toen buiten bij de wasbakken staan wachten.

Een paar minuten later opende mevrouw Wheeler de deur op een kier en gaf me wat kleingeld. ‘Margaret, wil je even een maandverbandje voor ons kopen?’ zei ze. Ik moet haar raar hebben aangekeken, want ze voegde eraan toe: ‘Uit de automaat daar aan de wand, lieverd. Nancy is ongesteld geworden.’”

En dat is nog het makkelijkste probleem. Want hoe zit het bijvoorbeeld met God? Daar is Margaret nog wel even mee bezig – ze heeft genoeg vragen aan Hem.

ISBN: 9789021488097

Sterren: ****

Uitgeverij: Volt

Ook verschenen op Bazarow