Recensies van actuele boeken

Mick Finlay – Arrowood

Een antiheld scoort niet automatisch

Stel, je bent dol op Sherlock Holmes. Je kent het allereerste verhaal A Study in Scarlet en alle daaropvolgende episodes uit je hoofd, smult van de messcherpe intelligentie van de superspeurder, kent al zijn deduceermethodes. Wow, denk je, dat concept is verrekte succesvol. Als ik eens een tegenhanger creëer? Een verlopen, zwaarlijvige privédetective bijvoorbeeld, die de rafelige zaken aanneemt waar Holmes zijn neus voor ophaalt. Hallo wereld, hier is de antiheld Arrowood.

[Recensie] Speurders scoren goed door de jaren heen. Een kleine, geheel onrepresentatieve lijst, beginnend met het echte eerste detectiveverhaal uit 1859: De vrouw in het wit van Wilkie Collins. Daarna in willekeurige volgorde: Agatha Christie met haar Hercule Poirot én Miss Marple,  Dashiell Hammett met de hard-boiled privédetective Sam Spade. Wat breder zetten Sjöwall & Wahlöö de Scandinavische misdaad op de kaart (met Stieg Larsson en vele anderen uit het Hoge Noorden die daar glorieus op voortborduurden), Simenon muntte de onvergetelijke Maigret, en dan is onze eigen Baantjer nog niet eens genoemd. O nu wel. Ik bedoel maar, de lijst is eindeloos.

Het zijn bijna allemaal uitstekend verkopende boeken over gleufhoeden met vergrootglazen. Tussen al die bestsellers moet wel ruimte zijn voor een nieuwe regenjas zoals Arrowood. Daarbij zou ik een belangrijk detail niet veronachtzamen: het moet goed geschreven zijn. Daar mist Mick Finlay de boot. Arrowood is, ik zeg het met pijn in mijn hart, broddelwerk. Lees het en voel je vullingen vibreren van plaatsvervangende schaamte. Dat valt vast mee, zegt u? Oké, hier de eerste alinea van de eerste pagina.

“Toen ik die morgen binnenkwam, zag ik onmiddellijk dat de baas een van zijn buien had. Hij had een furieuze uitdrukking op zijn gezicht, zijn ogen waren gezwollen en zijn haar, of wat daar nog van over was op die met littekens bedekte knar van hem, stak boven zijn oor alle kanten uit en lag aan de andere kant plat van het vet tegen zijn hoofd aangedrukt. Het was werkelijk een akelig gezicht. Ik bleef bij de deuropening staan voor het geval hij me ook deze keer weer een waterketel naar mijn hoofd zou gooien. Zelfs vanaf de plek waar ik stond, kon ik de dranklucht in zijn toch al slechte adem ruiken.”

Dit geknoei met woorden doet pijn aan de ogen. Alleen in deze alinea al moeten allerlei uiterlijke kenmerken voor karakterbeschrijvingen doorgaan, de waarschijnlijk als slapstick bedoelde stijl is knullig, de schrijver heeft blijkbaar nog nooit gehoord van ‘show, not tell’, de hele monoloog is stroef (met dank ook aan de krukkige vertaling) en vol clichés. En dan moet je nog een heel boek doorakkeren. Waarbij ter verdediging nog kan worden aangevoerd dat de speurtocht die Arrowood daarna aangaat, wel afwisselend is, met geinige plotwendingen. Maar het is niet voldoende.

Kort en goed: we missen de kwaliteiten die je van een verrassend, pageturnend boek verwacht. En die komen ook niet automatisch mee door een antiheld van Sherlock Holmes in het leven te roepen. Je kunt wel hopen op sympathie van de lezers omdat het verhaal in dezelfde tijd als Holmes is gesitueerd, met hetzelfde vervuilde, van zedendelinquenten en misdadigers vergeven Londen als plaats delict. Of hopen dat de glans van de strakke verhalen van Sir Conan Doyle afstraalt op het morsige silhouet van Arrowood. Maar helaas, dat gebeurt allemaal niet.

Het positieve is dat er altijd iets valt te leren in dit leven. Hier zien we een schoolvoorbeeld van hoe het niet moet, en dat is ook wel weer nuttig. Het advies is dan ook tweeledig. Lees dit boek niet, en probeer heel graag ook niet een boek in zo’n beroerde stijl te maken. Dat is zonde van ieders tijd.

Sterren: **

ISBN: 

Uitgeverij: HarperCollins

Ook verschenen op Bazarow 

 

Penelope Fitzgerald – De Engelenpoort

Liefde in tijden van wanorde

Het stormt bij Cambridge, de koeien vallen om en bomen storten ter aarde. Het is “Een tafereel van wanorde: boomtoppen op de aarde, poten in de lucht – en dat in een universiteitsstad die zich aan logica en rede wijdde.” Penelope Fitzgerald maakt al op pagina één duidelijk waar dit boek over gaat. Het gezond verstand versus de ongrijpbare liefde.

Het gezond verstand, dat is Fred Fairly, docent natuurkunde aan het St. Angelicus-college. Alles wat hij niet kan beredeneren, bestaat niet. Totdat hij – letterlijk – in botsing komt met de eigenzinnige Daisy Saunders. Opeens beseft hij dat er meer is dan wetenschap. Veel meer.

Het boek bestaat uit vier delen. Het eerste gaat over Fred, het tweede over Daisy, het derde over Fred en Daisy en het vierde over Fred zonder Daisy. Fitzgerald tekent knap de hoofdfiguren. Natuurkundige Fred is zonder moeite als zodanig te herkennen, maar Daisy heeft in het tweede deel ook meteen haar eigen stem. Je gaat al snel meeleven met de karakters en hun worsteling met het leven. En vooral met elkaar.

Want er is een probleem. Fred wil Daisy wel, maar Daisy wil Fred niet, of misschien, eventueel toch wel, maar vooralsnog toch niet. De kern van de spanning tussen die twee beschrijft Fitzgerald halverwege het boek in deze zinnen meesterlijk:

“Fred was ontsteld. ‘Weet je dan niet wat je voor mij betekent?’ vroeg hij.
Daisy dacht na. ‘Ik geloof het wel, Fred. Om eerlijk te zijn: zelfs een kind van zes zou het in de gaten hebben.’
‘Maar dat is precies wat ik wil. Ik wil dat kinderen van zes het in de gaten hebben, ik wil dat ijzerhandelaren het in de gaten hebben.’”

Wonderlijke personages duiken op. Mensen doen totaal onverwachte dingen die de lezer op het verkeerde been zetten. Na zo’n gekke zijsprong pakt de schrijfster het verhaal weer op alsof er niets aan de hand is, en vertelt verder in briljant Engels dat je moeiteloos door de vertaling heen leest. Ik weet trouwens niet zeker of dit laatste een compliment is.

En intussen blijven Fred en Daisy naar elkaar zoeken. Fitzgerald eert in bloemrijke taal één van de belangrijkste thema’s van de mens, de liefde. Tot op de laatste pagina houdt ze de spanning erin. Tot daar lezen is zeker de moeite waard, niet eens om de ontknoping (die niet komt), maar alleen al door de flamboyant geplaveide weg daarnaartoe. Veel plezier!

Sterren: ***

ISBN: 9789492168115

Uitgeverij: De Vrije Uitgevers

Ook verschenen op Bazarow 

 

Pim van Lommel – Eindeloos bewustzijn

Wat is een bijna dood ervaring nu eigenlijk?

Cardioloog Pim van Lommel onderzocht bijna-dood ervaringen (BDE’s) bij meer dan 300 patiënten. Zoals hij in de inleiding schrijft: “Alles begon voor mij met nieuwsgierigheid. Met vragen stellen.” Die nieuwsgierigheid en die vragen brengen hem tot dit zeer lezenswaardige boek van 403 bladzijden, een verslag van een boeiende en erudiete zoektocht. Een prima pil voor op het nachtkastje.

Van Lommel heeft gelukkig voor ons lezers de achtergrond waarmee hij BDE’s van twee kanten kan bekijken; als medicus (de apparatuur geeft aan dat de patiënt overleden is), maar ook als leek (is er meer na de dood?). Dat zorgt ervoor dat de bespiegelingen niet te klinisch, maar ook niet te zweverig worden. Een flinke meerwaarde voor een boek over dit onderwerp. Daarnaast komt van Lommel tot verrassende conclusies. Om er eentje te noemen: Kwantumfysica blijkt veel dichter bij het ‘positieve denken’ van boeken als The Secret te liggen dan je zou verwachten.

De schrijver neemt de tijd om zijn gedachten op papier te zetten. Alleen de inleiding loopt al tot pagina 28. Daarvoor krijgt de lezer een gestructureerd boek terug dat vrijwel alle aspecten en inzichten met betrekking tot een BDE overzichtelijk in kaart brengt. Stap voor stap wordt de lezer meegenomen in soms razend ingewikkelde hoofdstukken, die altijd keurig met een samenvatting en een conclusie eindigen.

Eerst legt de ex-cardioloog uit hoe hij tot dit onderzoek komt. Dan komen we te weten wat BDE’s eigenlijk zijn, hoe ze in de medische wereld worden omschreven en wat de effecten ervan zijn op een mens. Dan neemt hij het bewustzijn onder de loep. Kan ‘de ziel’ sterven, bestaat er zoiets als reïncarnatie? Kan de geest van een mens zijn omgeving beïnvloeden, wat is het ‘onderbewuste’? Ook onderzoekt hij hoe het verschijnsel BDE in de wereldgodsdiensten en de mystiek wordt gezien. Tenslotte komen de veelgestelde vragen aan bod.

Pim van Lommel geeft een imposante belichting van een nog relatief onbekend verschijnsel. Ondanks soms wat langdurige uitweidingen komt de lezer veel te weten over BDE’s. Meer dan dat: hij krijgt heel wat mee over de filosofische aspecten van leven na de dood, het collectieve bewustzijn en oeroude mystiek. Om maar een paar onderwerpen van dit rijke boek te noemen. Toch maar ruimte maken op het nachtkastje.

Sterren: ***

ISBN: 9789025960001

Uitgeverij: ten Have

Ook verschenen op Bazarow 

Stephen King – Under the dome

Zeer spannend met adembenemende ontknoping

Er is iets mis met Gevangen het nieuwste boek [2015/red] van Stephen King. Subtiele nuance: iets mis MET het boek, niet IN het boek. In Kings boeken gaat altijd van alles mis, met de gruwelijkste gevolgen, zo ook in dit boek, en daar is dan weer niks mis mee want het levert een mooi verhaal op. Wat wel mis is, is het gegeven van dit boek. Een stadje wordt opeens van de buitenwereld afgesloten door een mysterieuze koepel. Geen kaasstolp van glas maar een barrière van onzichtbare energie, ondoordringbaar zelfs voor de raketten van het inderhaast opgetrommelde Amerikaanse leger.

Waar komt de koepel vandaan? Wie heeft hem gemaakt? Niemand die het weet en pas een heel eind verderop in het boek geeft King een – behoorlijk zwakke – verklaring. Die koepel blijft dan dwarszitten, hoe goed het daarachterliggende verhaal ook is, en maakt het verhaal voor mij ongeloofwaardig.

Jammer, want het verhaal zelf is retespannend. King doet wat hij het beste kan: een groep mensen afsluiten van de wereld en de tegengestelde belangen aanwakkeren, zoals hij deed in De Mist, Mobiel, De Groene Mijl, De Beproeving en in wezen ook Misery en De Shining. In de snelkookpan van emoties die dan ontstaat ontrolt het verhaal zich als een lawine; explosieve krachten laaien op, mensen laten hun laagje beschaving vallen en komen als roofdieren op elkaar af. Goed tegen kwaad, wie gaat het winnen?

In Gevangen zet King de kleine gemeenschap onder de koepel extra onder druk door de lucht in de koepel snel te laten opraken, terwijl een groep mensen hele snode plannen heeft.

Het gevolg is een verhaal dat als een straaljager doorraast. Je krijgt ademnood van spanning, pijn in je vingers van het bladzijden omslaan en hoge elektriciteitskosten van het nachtenlang doorlezen omdat je wilt weten hoe het afloopt. King is uitstekend op dreef en neemt je mee naar een adembenemende ontknoping. Pfoei, dat was lekker lezen. Zwetend leg je het boek weg als je eindelijk door de 1056 bladzijden heen bent. Even wat drinken. Maar hoe zat het ook alweer met die koepel?

Sterren: ***

ISBN: 9789024552771

Uitgeverij: Luitingh Sijthoff

Ook verschenen op Bazarow 

 

Tineke Beishuizen – Oud zeer

Verprutste cake

Een boek is als een cake. Beide kunnen er mooi uitzien. Een boek met een mooi omslag. Een goudbruine cake kan watertandend ogen. Maar soms is bij de eerste hap iets mis. Na twee hoofdstukken wringt het. Stond de oven te heet? Heeft de schrijver iets met de ingrediënten gedaan? Ergens is het fout gegaan en de cake is niet lekker. Het boek klopt niet helemaal. Oud zeer van Tineke Beishuizen doet me denken aan zo’n cake en zo’n boek.

Anne Verheul werkt bij een praktijk voor psychotherapie. Met een baksteen door haar raam begint haar bedreiging, die later overgaat in stalken. Haar collega’s willen haar helpen, maar langzaam glijdt ze af. Een mysterieuze persoon wil wraak… Zo begint het verhaal, dat een tijdje prima leesbaar blijft en zelfs spannend. Tot de passages komen waarbij je tenen gaan krommen.

Eerst is er het clichématige taalgebruik: “Godallejezus, wat waren ze indertijd verliefd geweest. … Geen plek in huis of ze hadden er liggen of staan vrijen, geen traptrede was veilig geweest voor haar luidruchtige orgasmes.”

“Het echtpaar verstart bij de gedachte dat ze tot een duidelijke uitspraak moeten komen. Er worden blikken gewisseld.”

“Marleen schiet in de lach maar Derk bekijkt haar peinzend, zich afvragend of hij haar op haar nummer zal zetten of zich er maar bij neer moet leggen dat ze zo af en toe doet alsof zij de tent runt.”

“Ze kan natuurlijk Derk bellen… Dan zal er bij hem een lichtje gaan branden.”

Verder komen de gedragingen van de personages niet altijd voort uit hun karakter. Een scène in een café waar twee vrouwen ruzie maken over wie er naast een man mag zitten. Derk, de man, is naast Lisette, ‘een tamelijk spectaculaire vrouw’, gaan zitten. Als hij naar de wc gaat, komt Natascha, zijn min of meer vaste vriendin, bij Lisette zitten. “Lisette wordt opeens alert. Het laatste waar ze op dit moment zin in heeft is een rel. Voor het eerst sinds tijden hangt de belofte van een opwindend avontuurtje in de lucht, en ze niet van plan om dat te laten verknoeien door een, nou ja, iemand die een stuk jonger is dan zijzelf en bovendien niet onaardig om te zien.” Hoezo hangt er voor het eerst in tijden een avontuurtje in de lucht voor een tamelijk spectaculaire vrouw?

Tenslotte zijn te veel personages volgestopt met psychische mankementen die zo uit een psychologiehandboek lijken te komen. Dat maakt het verhaal minder geloofwaardig.

Kortom: Oud zeer bevat teveel storende zaken die het verhaal in de weg zitten. Zeker in een thriller die de lezer moet meeslepen is dat dodelijk. Of dat komt door haastwerk, te weinig redactioneel toezicht of verkeerd gedoseerde ingrediënten maakt niet uit. Het boek is onevenwichtig. De cake is verprutst.

 

Sterren: **

ISBN: 9789029572507

Uitgeverij: The house of books

Ook verschenen op Bazarow 

 

Marieke Lucas Rijneveld – De avond is ongemak

 

In de drek uws aanschijns

De meeste schrijvers geven bij de altijd weer obligate vraag hoe autobiografisch hun boek is, als antwoord dat ze niet écht zijn afgerost door pa en ma, dat de rituelen in het gezin niet écht duivels waren, dat de sfeer in huis anders, beter was, dat het boek geen één op één beeld geeft van hun eigen leven. Voor Marieke Lucas Rijneveld is dat te hopen. In ‘De avond is ongemak’ geeft ze een angstaanjagend beeld van een jeugd in een onmiskenbaar disfunctioneel gezin.

Ook zonder de leefsituatie die ze in het boek beschrijft verbatim naar de werkelijkheid te vertalen, wordt duidelijk dat de jeugd van hoofdpersoon Jas in het boek geen wandelingetje in het park was. Het gezin woont op een boerderij, tussen de koeien. Pa communiceert ofwel in oudtestamentische Bijbelteksten, ofwel in veelzeggende stiltes, die de kinderen dan weer feilloos hebben leren duiden. Ma heeft buitengewoon weinig aardigheid in haar leven dat met tobben, werken en werken gevuld is. Zusje Hanna heeft haar eigen sores en broer Obbe is praktiserend psychopaat.

Tussen al die bermbommen door moet Jas laveren, onderwijl opgroeiend van meisje naar jonge vrouw. In dat proces ontdekt ze onvermijdelijke zaken als seksualiteit, ze merkt dat de sfeer thuis die toch ietwat vreemd is, komt in aanraking met de zondige buitenwereld. En, na het tragisch overlijden van haar jongste broertje Matthies, De Dood. Magere Hein die voor altijd een ijzig stempel drukt op het toch al wankele gezin. Dit zijn de grondstoffen waarmee Marieke Lucas Rijneveld een zeer rijk, zij het soms wat stroef lezend boek fabriceert.

Dat stroeve lezen komt doordat de schrijfster op sommige punten het verhaal iets té vol propt met terugkerende thema’s, motieven en spiegelingen. Diepgang gaat dan de strijd aan met leesplezier, en dat heeft op de lezer een verkeersdrempel-effect. Ongetwijfeld zal dat verdwijnen in een volgend boek, want Lucas Rijneveld is een groot talent.

En jawel, alle vergelijkingen met Wolkers kloppen. Rijneveld heeft een goed oog voor de plastische, bij voorkeur smerige kanten van het menselijk bestaan. Neem de beschrijving van het drinken van het verplichte glas verse melk: “die meestal al een paar uur uit de tank was en lauw, en waar soms nog een geelachtig roomlaagje op lag dat bleef plakken aan je gehemelte als je te traag dronk. Het beste was om het glas melk met je ogen dicht naar binnen te klokken…”

Ook de gevoelige kant des bestaans laat ze de revue passeren. Soms moet Jas haar vader helpen de mollenklemmen te controleren. “Als we geen vangst hadden, dan hield vader zijn handen stijf in zijn broekzakken, dan was er niets dat om een beloning vroeg, anders dan wanneer we beethadden en we met een verroeste schroevendraaier de dubbelgeklapte bebloede lijfjes uit de klemmen peuterden, wat ik voorovergebogen deed zodat vader niet zag dat er tranen over mijn wangen gleden bij de aanblik van een klein leven dat nietsvermoedend in de val was gelopen.”

De eindconclusie: dit is een jonge, veelbelovende aanwas van de stroming ‘loskomen-van-een-gereformeerde-jeugd’ auteurs. Tegen het eind van dit boek wordt een tekst geciteerd van het bordje boven een brug, waar Jas en haar vriendin vaak langs fietsen. Dit citaat kan gerust het motto zijn voor het hele boek: “Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi.”

Sterren: ****

ISBN: 9789025463854

Uitgeverij: Atlas Contact

Ook verschenen op De Leesclub van Alles 

 

A.J. Finn – De vrouw in het raam

Wie is de dader nu?

[Recensie] In interviews met A.J. Finn schemert het al door: hij kan het zelf allemaal ook nog niet echt bevatten. Hij was redacteur bij een grote uitgeverij in Londen, recensent van thrillers, heeft gewerkt met Karin Slaughter, J.K. Rowling, Nicci French en Patricia Cornwell, en is nu opeens de auteur van een wereldveroverende psychologische thriller. De vrouw in het raam krijgt louter lovende kritieken en verkoopt als pepernoten in Sinterklaastijd. Hoe is dit eclatante succes te verklaren?

Old skool lezen, daar beginnen we het onderzoek. Behalve dat het nog niet zo simpel is om in het verhaal te komen. Dat komt omdat Finn les 1 van het schrijvershandboek goed ter harte heeft genomen: begin middenin het verhaal. Zo lok je de lezer er met boter en suiker in. Dus plonzen we in de gedachtewereld van Anna, die we pas als Anna kunnen identificeren op het eind van hoofdstuk 2, als haar man haar naam noemt, en dan nog geruime tijd moeten doorlezen voor we een vinger op het verhaal kunnen leggen.

Anna Fox, zoals ze voluit heet, denkt springerig, in korte mitrailleurvuur-zinnen die weliswaar lekker weg lezen (les 2: maak het snappy) maar omdat ze zo hak-op-de-takkerig zijn, een obstakel vormen om de structuur van het verhaal te doorgronden.

Bij de volgende hoofdstukken gaat dat beter en vorm je jezelf een beeld van Anna. Ze is psycholoog, woont blijkbaar alleen in haar huis, werkt online, heeft moeite met face-to-face contact en, niet onbelangrijk, heeft een drankprobleempje. Wat heet. Dit boek is mede mogelijk gemaakt door Nieuw-Zeelandse Merlot en Californische Pinot Noir. Op bijna elke bladzijde drinkt Anna dat rode, soepel aan het glas hangende, glanzende, geurige, troostrijke vocht, zelfs zonder problemen een paar flessen achter elkaar – een niet te missen teken dat ze euh iets verdringt. Dat zal les 3 zijn: geef de hoofdpersoon flink veel bijna niet op te lossen ellende mee, dat verhoogt de betrokkenheid.

En dan zit je in het verhaal. Dan is het boek, zoals Stephen King op de achterflap quoot: “Onmogelijk om weg te leggen.” Je wilt weten hoe het afloopt. Want dat heeft Finn goed begrepen/aangepakt (les 4), hij zorgt voor een constante spanningsboog waarin de lezer zich identificeert met Anna Fox en dus wil weten wat er gebeurd is waardoor ze haar huis niet meer uit durft.

De schrijfstijl gaat ook meehelpen: puntig, geestig en verrassend. De onverwachte wendingen (les 5) kleuren net genoeg buiten de lijntjes om te blijven boeien. Tegelijk weeft Finn een halve encyclopedie aan klassieke film noirs, waar Anna fan van is, door de tekst. Veel zwart-wit titels en voor de jonge lezer namen van regisseurs die geen enkele bel laten rinkelen. Aan de andere kant onderhoudend genoeg om de lezer in het verhaal te houden. En dan hebben we het nog niet eens over de suspense.

Verrukkelijk langzaam (les 6) wordt steeds een nieuw stukje van de sluier opgelicht. We komen te weten dat Anna haar buren begluurt, die dat op hun beurt niet plezierig vinden en tegenacties ondernemen, waardoor de spanning stap voor stap oploopt tot gevaarlijke bloeddrukwaarden. Er is meer mis in Anna’s leven – de uitgezette sporen leiden naar heftige confrontaties, die escaleren naar bloedstollende momenten die smeken om niet te stoppen met lezen, zodat een gemiddelde nachtrust al snel sneuvelt in de drang om DIT BOEK UIT TE KRIJGEN. Want hoe eindigt het??

Dat is de miljoen dollar-vraag. Dollars die Finn zonder enige twijfel in een gestage stroom op zijn bankrekening ziet neerdalen, en terecht. Hij maakte een originele, razend spannende, psychologisch realistische thriller. Met zijn inventieve verhaal trekt hij rookgordijnen op die alleen maar dichter worden als het eindpunt nadert (les 7). Niets is wat het lijkt, bij elke onthulling openen zich weer nieuwe perspectieven. Whodunnit? Met die vraag blijft de lezer lang zitten. Heel lang.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

 

Saskia Noort – De verbouwing

Het ideale gezinnetje

Mathilde van Asselt-Fortuin, plastisch chirurg, opent een privékliniek voor mensen die iets willen laten doen aan overhangende oogleden, rimpels op ongewenste plekken en buikvet dat in de weg zit. Ze is een succesvol zakenvrouw, gelukkig getrouwd met psychiater Rogier Fortuin. Samen hebben ze puberzoon Thom. Het ideale gezinnetje – lijkt het.

In werkelijkheid heeft Mathilde huizenhoge schulden gemaakt, zit man Rogier in een dip die ook met liters rode wijn niet te bestrijden is, en pubert zoon Thom tegen de klippen op. Voor de buitenwacht houdt Mathilde de schone schijn op, maar van binnen is het mis.

Dat wordt er niet beter op als jeugdvriend Johan opduikt en haar een partnerschap aanbiedt. Hij weet dat er regelmatig deurwaarders op de stoep staan en biedt aan in één keer haar schuld af te lossen. Eerst wil ze niets van hem weten, maar als Mathildes moeilijkheden groter worden en ze ook nog valt voor zijn jeugdige charme, komt ze in de problemen. Dieper dan ze ooit had gedacht.

Saskia Noort schreef met De verbouwing een behoorlijk spannend boek. Behoorlijk-, maar net niet zoals haar vorige thrillers, zenuwslopend spannend. Dat ligt aan sommige karakters. Niet Mathilde, die is als zakenvrouw met frustraties goed getypeerd, puberzoon Thom is ook OK, en psychiater Rogier heeft ook voldoende diepgang. Maar ‘huizenarts’ Hylke is in een paar streken neergezet. De schurk van het verhaal, Johan, lijdt aan ditzelfde euvel. Het maakt dat de lezer zich minder met die personen identificeert en daardoor minder spanning voelt.

De bedreiging die Mathildes wereld op z’n kop zet is daarentegen prima beschreven. Ook de zorg om haar zoon, en de angst om haar hele bestaan te verliezen, die haar telkens een stapje verder voert naar de ontknoping, wordt goed gedoseerd gebracht. Verder wordt het hele fenomeen ‘plastische chirurgie’ vanuit vrouwelijk oogpunt tegen het licht gehouden, wat verfrissende inzichten oplevert.

Dan het plot. Die doet enigszins geconstrueerd aan. Dat, samen met de al beschreven karakters, maakt het verschil tussen behoorlijk- of zenuwslopend spannend. Waarbij ‘behoorlijk’ zeer zeker voldoende is voor een uitstekend leesbaar boek. Mogen we daar de volgende keer dan weer gierende zenuwen bij?

Sterren: ***

ISBN: 9789041424440

Uitgeverij: AmboAnthos

Ook verschenen op Bazarow 

 

Esther Verhoef – Close-up

 

Toenemende spanning en een nagelbijtende ontknoping

[Recensie] Esther Verhoef kan wat mij betreft de titel ‘Koningin van de Nederlandse Thriller’ krijgen. Ze heeft in er inmiddels drie afgeleverd, die steeds beter lijken te worden. Zo ook met Close-up. Vanaf bladzijde één word je het boek in gesleurd, in dit geval het leven van Margot Heijne in, en het laat je niet meer los.

Door haar ogen kijk je mee naar de nare periode die ze achter de rug heeft (gescheiden, geknakt zelfvertrouwen), beleef je de spanning als ze voor het eerst weer op de werkvloer komt, en voel je haar twijfels. Vooral twijfels aan zichzelf, haar presentatie en haar lijf (ze vindt zichzelf te dik). Die karaktertekening is een sterk punt van Verhoef; ze geeft Margot uitstekend psychologische diepgang mee. Dat doet ze bij alle personages trouwens.

Voor Margot is Leon Wagner een geschenk uit de hemel. Ze ontmoet de mooie, lange man tijdens een vakantie in Londen. Hij waardeert haar en helpt haar om haar eigen slechte zelfbeeld bij te stellen. De man is alleen wat dominant, wat heet, hij beheerst al snel bijna haar leven. Ook jaloezie is hem niet vreemd.

Als daarna vreemde voorvallen plaats gaan vinden in Margots omgeving, krijgt ze argwaan. Is Leon wel de ideale man? Meesterlijk beschrijft Verhoef hoe de spanning tussen Margot en Leon toeneemt. Dat kan niet anders aflopen dan met een nagelbijtende ontknoping. Dat doet het dan ook.

Met heel veel plezier gelezen, complimenten!

 

Ook verschenen op Bazarow 

 

Julia Cameron – Je leven schrijven

Leuke opvolger voor The Artist’s Way, maar eh… voegt het wat toe?

[Recensie] The Artist’s Way van Julia Cameron is inmiddels wereldwijd meer dan 1 miljoen keer verkocht, en terecht. Het is een prachtboek voor iedereen die meer wilt leren over schrijverschap en over de belemmeringen die je daarin kan ondervinden. Met Je leven schrijven maakte ze dé opvolger voor dit boek, althans volgens de achterflap.

Was de missie van haar vorige boek het opheffen van blokkades die schrijven in de weg staan, dit boek is bedoeld om iedereen aan het schrijven te krijgen. Julia vindt schrijven een basisbehoefte zoals eten en drinken, en met dit boek kan iedereen schrijven leren. In meer dan 40 korte hoofdstukken gaat ze in op problemen die je het schrijven kunnen beletten zoals blokkades of slechte kritiek. Ze geeft tips over het vinden van geschikte onderwerpen, of hoe je bijvoorbeeld uitstelgedrag kunt oplossen.

Je leven schrijven volgt de opbouw van veel (Amerikaanse) zelfhulpboeken. De hoofdstukken beginnen met een korte anekdote waarin het probleem geschetst wordt, dan volgt een aantal citaten van bekende of onbekende schrijvers, en vervolgens is daar de oplossing. Elk hoofdstukje besluit met een oefening om de potentiële schrijver bewust te maken van de valkuilen en de pen op papier te krijgen.

Over het algemeen is het boek nogal rommelig. De hoofdstukken/problemen lijken willekeurig op een rij gezet, en Julia zelf gaat in de inleidende verhaaltjes alle kanten op, van professioneel schrijven tot spirituele levenswijsheden. Bovendien herhaalt ze veel dat ze in The Artist’s Way al heeft behandeld. Minpuntje is de oubollig aandoende vertaling, misschien omdat het boek alweer uit 1998 stamt. En een tip voor de redacteur van de volgende editie: in één van de hoofdstukken wordt nog over ‘gulden’ gesproken in plaats van ‘euro’.

Samenvattend: Je leven schrijven is niet de opvolger van The Artist’s Way. Daarvoor worden te vaak dingen uit het eerste boek herhaald en blijft Cameron teveel op bekend terrein. De oefeningen zijn vaak, maar niet altijd leerzaam, en de rest is vooral leuk om eens te lezen. Je krijgt er wel je pen mee in beweging, maar als je meer wilt leren over je eigen schrijfbehoefte en de blokkades daarbij, zou ik het houden bij The Artist’s Way.

 

Ook verschenen op Bazarow